Het aantal afgedrukte vellen beheren met behulp van de classificatiecode
U kunt het aantal afdrukken van een uitgevoerde taak bijhouden onder elke classificatiecode. Daarnaast kunt u gebruikersverificatie gebruiken om afdrukken te beheren per categorie, zoals facturatie of klant.
De classificatiecode wordt vastgelegd in het takenlogboek. U kunt een takenlogboek downloaden vanuit Web Image Monitor of een logboekverzamelserver.
Afdrukken met een classificatiecode is beschikbaar in het PCL 6-printerstuurprogramma.
Afdrukken van een taak zonder classificatiecode voorkomen
Om afdrukken te beheren aan de hand van classificatiecodes, kunt u de instelling voor het invoeren van een classificatiecode van tevoren op [Vereist] instellen in Web Image Monitor.
Voer "http://(IP-adres van het apparaat) of (hostnaam)/" in in de adresbalk van de webbrowser en druk op Enter.
Voer de gebruikersnaam en het wachtwoord in om in te loggen bij Web Image Monitor.
Klik in het menu [Apparaatbeheer] op [Configuratie].
Klik op [Logboeken] bij [Apparaatinstellingen].
Selecteer [Vereist] bij [Classificatiecode] van [Algemene instellingen voor alle logboeken].
Klik op [OK] en klik daarna op [Uitloggen].
Sluit Web Image Monitor.
Afdrukken door de classificatiecode in te voeren
Configureer de instelling op het tabblad [Standaard].
Open op de computer een document dat u wilt afdrukken en ga naar het instellingenscherm van het printerstuurprogramma vanuit het afdrukmenu in de toepassing.
Geef Papierformaat, Papiersoort, Afdrukrichting en andere instellingen op.
Klik op [Aanpassen] in [Taaksoort:] op het tabblad [Standaard].
Voer de classificatiecode in.
Na voltooiing van de configuratie klikt u op [OK] om af te drukken.
De ingevoerde classificatiecode wordt opgeslagen in het printerstuurprogramma. Wanneer een gebruiker meerdere classificatiecodes gebruikt, kunt u een printerpictogram aanmaken voor elke classificatiecode om tijdens het afdrukken een andere code op te geven zonder de classificatiecode in te voeren.