![]() ![]() ![]() | ![]() | ![]() | |
![]() | |||
![]() | |||
![]() | ![]() | ![]() | ![]() |
![]() | ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() | ![]() ![]() ![]() |
Gebruik deze functie om verzendresultaten te bevestigen door een e-mailmelding te verzenden naar de opgegeven bestemming.
Registreer het e-mailadres van de bestemming voor e-mailmelding vooraf in de bestemmingslijst.
Plaats het origineel en selecteer de gewenste scaninstellingen.
Geef de afzender op.
Voor meer details, zie “Afzenderinstellingen”.
Druk op [TX modus].
Druk op [Result. e-mailverz.].
Selecteer de bestemming voor melding en druk vervolgens op [OK].
Wanneer u een fout maakt voordat u op [OK] drukt, drukt u op [Wissen] of u drukt opnieuw op de geselecteerde Bestemmingstoets om de markering uit te schakelen.
[Result. e-mailverz.] wordt gemarkeerd en de bestemming voor de geselecteerde melding verschijnt.
Druk op [OK].
Het stand-byscherm verschijnt.
Om de instellingen te controleren, drukt u op [TX modus].
Geef een bestemming op en druk vervolgens op de [Start]-knop.
U kunt een van de snelbedieningstoetsen programmeren met bewerkingen voor deze functie. Als u de Snelbedieningstoets gebruikt, kunt u stap 3 en 6 overslaan. Voor nadere details over de Snelbedieningstoets, zie “Algemene instellingen”.