Koptekst overslaan
HandleidingenInhoudVorigeVolgendeHelp

NetWare gebruiken

In deze paragraaf wordt de instellingsprocedure beschreven voor netwerkprinters in de NetWare-omgeving. In de NetWare-omgeving kunt u het apparaat aansluiten als een afdrukserver of externe printer.

Belangrijk

Instelprocedure

  • Bij gebruik van het apparaat als afdrukserver

    1. SmartDeviceMonitor for Admin installeren

    2. De netwerkinterfacekaart instellen

    3. Zet de printer uit en vervolgens weer aan.

  • Bij gebruik van het apparaat als printer op afstand

    1. SmartDeviceMonitor for Admin installeren.

    2. De netwerkinterfacekaart instellen

    3. NetWare instellen.

    4. De afdrukserver starten.

    Opmerking

    • Bij deze procedure wordt aangenomen dat de omgeving al ervoor is gereed gemaakt dat de afdrukservice-instelling wordt gebruikt onder het normale NetWare.

    • De procedure wordt uiteengezet met behulp van de volgende voorbeeldinstellingen:

      • Naam bestandsserver ...CAREE

      • Naam afdrukserver ...PSERV

      • Naam printer ...R-PRN

      • Naam wachtrij ...R-QUEUE

SmartDeviceMonitor for Admin gebruiken

Als u het apparaat in een NetWare-omgeving wilt gebruiken, kunt u met behulp van SmartDeviceMonitor for Admin de NetWare-afdrukomgeving instellen.

Printerlijst in SmartDeviceMonitor for Admin

In SmartDeviceMonitor for Admin worden de printers vermeld die zijn aangesloten op het netwerk. Als u het apparaat dat u wilt configureren niet kunt vinden, drukt u de configuratiepagina af en kijkt u wat de naam van het apparaat is.

Opmerking

Verwijzing

Verwante onderwerpen

Instellen als een afdrukserver (NetWare 3.x)
Instellen als een afdrukserver (NetWare 4.x, 5 / 5.1, 6 / 6.5)
Pure IP gebruiken in de NetWare 5 / 5.1 of 6 / 6.5-omgeving
Instellen als printer op afstand (NetWare 3.x)
Instellen als een Externe printer (NetWare 4.x, 5 / 5.1, 6 / 6.5)