InhoudVorigeVolgende |
Deze printer ondersteunt een lokale verbinding en een netwerkverbinding.
Controleer de wijze waarop de printer is aangesloten voordat u de stuurprogramma's installeert. Volg de stuurprogramma-installatiemethode die geschikt is voor de aansluitingsmethode.
Lokale verbinding
Als de printer is aangesloten via USB, installeert u de noodzakelijke software door de meegeleverde cd-rom in de computer te plaatsen en vervolgens op [Snelinstallatie voor USB] te klikken.
Installatiesleutel |
Geïnstalleerde software |
---|---|
Snelinstallatie voor USB |
|
Printer Driver |
Printer driver |
Gebruikershandleiding |
Gebruikershandleiding |
DeskTopBinder - SmartDeviceMonitor for Client |
DeskTopBinder - SmartDeviceMonitor for Client |
Netwerkverbinding
Als de printer via het netwerk is aangesloten, installeert u de noodzakelijke software door de meegeleverde cd-rom in de computer te plaatsen en vervolgens te klikken op [Snelinstallatie voor Netwerk], [Printer Driver] en [DeskTopBinder - SmartDeviceMonitor for Client].
Installatiesleutel |
Geïnstalleerde software |
---|---|
Snelinstallatie voor Netwerk |
|
Printer Driver |
Printer driver |
Gebruikershandleiding |
User Guide |
DeskTopBinder - SmartDeviceMonitor for Client |
DeskTopBinder - SmartDeviceMonitor for Client |
Zodra de instellingen zijn voltooid, is de printer gereed voor gebruik.
Met een netwerkverbinding kunt u de Windows-printerpoort gebruiken om afdruktaken direct naar de printer te versturen (peer-to-peer-overdracht) of de printer gebruiken als een netwerkprinter en afdruktaken vanaf een clientcomputer via een printserver naar de printer te versturen.