Een hoofdstukpagina invoegen
U kunt een leeg vel invoegen of de drukzijde opgeven als hoofdstukpagina met behulp van de instellingen in het printerstuurprogramma (Tussenvoegen/Hoofdstuk). U kunt een leeg vel invoegen tussen elke pagina (Tussenblad).
Functie | Werking | Resultaat |
|---|---|---|
Tussenvoegen | Voegt een leeg vel in voor de opgegeven pagina, of drukt gegevens van de opgegeven pagina af op het ingevoegde vel. |  |
Hoofdstuk | Drukt bij dubbelzijdig drukken een hoofdstukpagina altijd op de voorzijde af. |  |
Tussenblad | Voegt een tussenblad in tussen elke pagina om speciaal papier te beschermen. U kunt ook aangeven dat er gegevens op het tussenblad gedrukt moeten worden. |  |
Instellingen voor Tussenvoegen of Hoofdstuk.
Configureer de instellingen op het tabblad [Omslag/Hoofdst.].
Wanneer u als tussenvoegsel een ander type papier invoegt dan het papier dat gebruikt wordt voor de hoofdtekst, moet u het papier voor het tussenvoegsel in de papierlade of handinvoer plaatsen.
Papier in de papierlade plaatsen
U kunt het tussenvoegsel in dezelfde papierlade plaatsen die gebruikt wordt voor de binnenpagina's van het document.
Open op de computer een document dat u wilt afdrukken en ga naar het instellingenscherm van het printerstuurprogramma vanuit het afdrukmenu in de toepassing.
Geef Papierformaat, Papiersoort, Afdrukrichting en andere instellingen op om de binnenpagina's van het document af te drukken.
Schakel het selectievakje [Toewijzen/Hoofdstuk] in op het tabblad [Omslag/Hoofdst.] en klik vervolgens op [Details...].
Geef de toewijzing of het hoofdstuk op en klik op [Toevoegen].
Configureer de volgende instellingen:
Paginanummer: Voer de paginanummers in van de eerste pagina's van de secties, met een komma tussen elk nummer. Het tussenvoegsel wordt voor de opgegeven pagina ingevoegd. U kunt maximaal 20 paginanummers specificeren.
Afdrukmodus: Geef aan of u op het tussenvoegsel wilt afdrukken, of selecteer Hoofdstuk. Als u selecteert om het tussenvoegsel af te drukken, worden de gegevens opgegeven onder Paginanummer afgedrukt. Wanneer u het hoofdstuk selecteert worden de gegevens op de opgegeven pagina's bij Paginanummer altijd op de voorzijden van de vellen afgedrukt.
Invoerlade: Selecteer de papierlade waaruit het tussenvoegsel wordt ingevoerd.
Klik op [OK].
Na voltooiing van de configuratie klikt u op [OK] om af te drukken.
Tussenbladen invoegen
Configureer de instellingen op het tabblad [Omslag/Hoofdst.].
Plaats speciaal papier zoals transparante film in de handinvoer met de drukzijde naar beneden gericht.
Plaats het papier dat u als tussenblad wilt gebruiken in de papierlade.
Papier in de papierlade plaatsen
Plaats papier van hetzelfde formaat als het papier in de handinvoer, in dezelfde richting.
Druk op het Home-scherm op [Instellingen].
Druk in het instellingenscherm op [Lade-/papierinstellingen].
Druk op [Algemene instellingen/Overige]
[Tussenbladlade].
Configureer de volgende instellingen in het scherm [Tussenbladlade].
Te registreren lade: Selecteer de lade waar het papier voor tussenbladen is geplaatst.
Tijd weergeven: Selecteer [Altijd] om altijd de geselecteerde papierlade te gebruiken voor het laden van tussenbladen als u de functie Kopiëren gebruikt. Selecteer [Modus geselecteerd] om de geselecteerde papierlade voor tussenbladen alleen te gebruiken wanneer de functie voor tussenbladen wordt gebruikt.
Duplex toepassen: Selecteer [Ja] om dubbelzijdig af te drukken op de tussenbladen.
Druk op [OK].
Druk na het voltooien van de configuratie op [Home] (
)
Open op de computer een document dat u wilt afdrukken en ga naar het instellingenscherm van het printerstuurprogramma vanuit het afdrukmenu in de toepassing.
Geef Papierformaat, Papiersoort, Richting en andere instellingen op om de binnenpagina's van het document af te drukken.
Schakel het selectievakje [Tussenblad na elke pagina invoegen] in op het tabblad [Omslag/Hoofdst.] en geef vervolgens de instellingen van het tussenblad op.
Configureer de volgende instellingen:
Invoerlade: Selecteer de lade waarin het papier voor de tussenbladen is geplaatst.
Afdrukmodus: Geef aan of u het tussenblad wilt bedrukken. Als u [Op tussenblad afdrukken] selecteert, worden de gegevens van elke pagina ook op het tussenblad afgedrukt.
Na voltooiing van de configuratie klikt u op [OK] om af te drukken.
Wanneer u Tussenblad opgeeft, wordt de functie voor dubbelzijdig, boek, sorteren of nieten geannuleerd.