De helderheid en kleur aanpassen aan het origineel
Als u de helderheid of kleur van afdrukken wilt wijzigen, stelt u de kleurvariatie in of past u de kleurbalans aan.
Wanneer u de algemene instellingen voor de helderheid of kleur wilt wijzigen, stelt u de kleurvariaties in. Wanneer u elke instelling in detail wilt wijzigen, past u de kleurbalans aan.
De details van elke optie voor kleurvariatie zijn als volgt:
Instelling | Details |
---|---|
Zacht | Drukt de kleur zachter af. |
Scherp | Drukt de kleur scherper af. |
Levendig | Hiermee wordt de kleur helderder en levendiger afgedrukt. |
Diep | Drukt de kleur dieper af. |
CLP-simulatie | Hiermee wordt de kleur blauw helderder en levendiger afgedrukt. |
De functie kleurvariatie is beschikbaar in het PostScript 3-printerstuurprogramma.
De kleurvariatie instellen (Windows)
Configureer de instellingen op het tabblad [Afbeeldingskwal.].
Open op de computer een document dat u wilt afdrukken en ga naar het instellingenscherm van het printerstuurprogramma vanuit het afdrukmenu in de toepassing.
Geef de afdrukrichting, Papiersoort en andere instellingen op.
In [Afb.kwaliteit/Kleur aanpassen] op het tabblad [Afbeeldingskwal.] selecteert u [Geavanceerde instellingen] en klik op [Details...].
In [Kleurprofiel:] op het tabblad [Afb.kwaliteit/Kleur aanpassen] geeft u de kleurvariaties op.
Klik op [OK].
Na voltooiing van de configuratie klikt u op [OK] om af te drukken.
De kleurvariatie instellen (macOS)
Configureer de instellingen in het menu [Afdrukkwaliteit] bij [Functiesets] van [Printereigenschappen].
Open op de computer een document dat u wilt afdrukken en ga naar het instellingenscherm van het printerstuurprogramma vanuit het afdrukmenu in de toepassing.
Geef de afdrukrichting, Papiersoort en andere instellingen op.
Selecteer [Printerfuncties].
Selecteer [Afdrukkwaliteit] in [Functiesets].
In [Kleurprofiel] geeft u de kleurvariaties op.
Na voltooiing van de configuratie klikt u op [Druk af] om af te drukken.
Kleurbalans aanpassen (Windows)
Configureer de instellingen op het tabblad [Afbeeldingskwal.].
Open op de computer een document dat u wilt afdrukken en ga naar het instellingenscherm van het printerstuurprogramma vanuit het afdrukmenu in de toepassing.
Geef de afdrukrichting, Papiersoort en andere instellingen op.
In [Afb.kwaliteit/Kleur aanpassen] op het tabblad [Afbeeldingskwal.] selecteert u [Geavanceerde instellingen] en klik op [Details...].
Pas de kleurbalans aan op het tabblad [Kleurbalans].
Belichting: wijzigt de helderheid van de afbeelding.
Contrast: wijzigt het verschil tussen de felle delen en donkere delen van de afbeelding.
Verzadiging: wijzigt de levendigheid van de afbeelding.
Elke kleur aanpassen: hiermee wordt de tint voor rood, groen en blauw aangepast.
Klik op [OK].
Na voltooiing van de configuratie klikt u op [OK] om af te drukken.
Kleurbalans aanpassen (macOS)
Configureer de instellingen in het menu [Kleurbalansdetails] in [Functiesets] van [Printerfuncties].
Open op de computer een document dat u wilt afdrukken en ga naar het instellingenscherm van het printerstuurprogramma vanuit het afdrukmenu in de toepassing.
Geef de afdrukrichting, Papiersoort en andere instellingen op.
Selecteer [Printerfuncties].
Pas de kleurbalans aan in [Kleurbalansdetails] in [Functiesets].
Helderheid: hiermee wordt de helderheid van de afbeelding aangepast.
Contrast: wijzigt het verschil tussen de felle delen en donkere delen van de afbeelding.
Zwart, Cyaan, Magenta, Geel: hiermee wordt de tint voor zwart, cyaan, magenta en geel aangepast.
Na voltooiing van de configuratie klikt u op [Druk af] om af te drukken.