Een beltoon of stem van een persoon bij de bestemming bevestigen voordat een fax wordt verstuurd of ontvangen
Om te bevestigen dat een uitgaande fax goed wordt ontvangen op de bestemming, kunt u het bestemmingsnummer draaien en bevestigen dat er een goede verbinding is gemaakt door te luisteren naar het toonsignaal dat door het ontvangende faxapparaat wordt afgegeven of te spreken met iemand op de bestemming voordat een fax wordt verstuurd. Ook kunt u een fax ontvangen na opvolging van de instructies van de spraakbegeleiding (faxinformatieservice).
Direct kiezen
U kunt controleren of een verbinding goed tot stand is gekomen aan de hand van het geluid dat u hoort uit de luidspreker, wanneer er geen externe telefoon is verbonden met het apparaat. Verstuur de fax nadat u een lange pieptoon hoort of een spraakbericht dat zegt dat u de fax kunt versturen. Ook kunt u een fax ontvangen van een faxinformatieservice.
Handmatig kiezen
Voordat u een fax verstuurt, kunt u spreken met een persoon op de bestemming met behulp van een externe telefoon die verbonden is met het apparaat.
De bovengenoemde functies kunnen niet worden gebruikt wanneer u gebruikmaakt van de functie ter voorkoming dat overdrachten naar de verkeerde bestemming worden gestuurd door de ingevoerde bestemming te herhalen (bestemmingsinvoer herhalen).
Verbinding met een bestemming bevestigen door een geluid voordat de fax wordt verstuurd (Direct kiezen)
Druk op [Fax] op het Home-scherm.
Selecteer [Fax] op het faxscherm.
Plaats het origineel in de Automatische documentinvoer (ADF) of op de glasplaat.
Een origineel in de scanner plaatsen om te verzenden via de fax
Druk op [Instellingen] en geef vervolgens de scaninstellingen op.
Een fax verzenden met de beeldkwaliteit die geschikt is voor het origineel
Druk op [Direct kiezen] op het faxscherm.
U hoort een kiestoon van de luidspreker in de hoofdeenheid en het pictogram boven [Direct kiezen] verandert van in .
Om het luidsprekervolume aan te passen kunt u naar links of rechts verschuiven.
Geef de faxbestemming op.
Het apparaat kiest direct het faxnummer van de opgegeven bestemming.
Als u de verkeerde bestemming heeft opgegeven, drukt u op [Direct kiezen] of [Resetten] en kunt u de procedure herhalen.
Wanneer er een verbinding tot stand is gebracht en u een lang piepgeluid hoort, drukt u op [Starten].
Als u spraakbegeleiding hoort, luister dan naar het bericht en druk op [Starten].
Om de lopende overdracht te annuleren: druk op [Stoppen] en verwijder het origineel.
Een fax ontvangen door spraakbegeleiding op te volgen (Faxinformatieservice)
Controleer dat er geen origineel in het apparaat is geplaatst.
Druk op [Fax] op het Home-scherm.
Selecteer [Fax] op het faxscherm.
Druk op [Dir. kiez.].
U hoort een kiestoon van de luidspreker in de hoofdeenheid en het pictogram boven [Direct kiezen] verandert van in .
Om het luidsprekervolume aan te passen kunt u naar links of rechts verschuiven.
Geef het faxnummer van de faxinformatieservice op.
Het apparaat kiest direct het faxnummer van de opgegeven bestemming.
Als u de verkeerde bestemming heeft opgegeven, drukt u op [Direct kiezen] of [Resetten] en kunt u de procedure herhalen.
Kies het nummer zoals aangegeven door de spraakbegeleiding die u hoort aan de andere kant van de lijn.
In een omgeving waar gebruik wordt gemaakt van pulskiezen, dient u eerst op [Kiestoon] te drukken om over te schakelen naar toonkiezen.
Druk op [Starten] wanneer u het bericht krijgt om de fax te versturen.
Sommige diensten zijn mogelijk niet bruikbaar, zelfs niet nadat u op [Kiestoon] drukt om toonsignalen te verzenden.
Met een persoon op de bestemming spreken voordat een fax wordt verstuurd (Handmatig kiezen)
Druk op [Fax] op het Home-scherm.
Selecteer [Fax] op het faxscherm.
Plaats het origineel in de Automatische documentinvoer (ADF) of op de glasplaat.
Een origineel in de scanner plaatsen om te verzenden via de fax
Druk op [Instellingen] en geef vervolgens de scaninstellingen op.
Neem de hoorn op.
Luister tot u de kiestoon hoort.
Geef de faxbestemming op.
Het apparaat kiest direct het faxnummer van de opgegeven bestemming.
Als u de verkeerde bestemming heeft opgegeven, kunt u de hoorn neerleggen en de procedure herhalen.
Wanneer er een verbinding tot stand is gebracht en u een lang piepgeluid hoort, drukt u op [Starten].
Vertel de persoon die de telefoon op de bestemming heeft opgenomen dat u een fax verstuurt en vraag hem/haar om de ontvangstprocedure uit te voeren. Wacht tot u een pieptoon hoort en druk dan op [Starten].
Leg de hoorn neer.
Om de lopende overdracht te annuleren: druk op [Stoppen] en verwijder het origineel.
U kunt het apparaat niet gebruiken na het het optillen van de ontvanger als het apparaat in de Slaapmodus staat. Voer de operatie uit nadat het apparaat uit de Slaapmodus is gekomen.