![]() ![]() ![]() | ![]() | ![]() | |
![]() | |||
![]() | |||
![]() | ![]() | ![]() | ![]() |
![]() | ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() | ![]() ![]() ![]() |
In deze sectie wordt uitgelegd hoe u het PostScript 3-printerstuurprogramma onder Windows Vista/7 of Windows Server 2008 installeert wanneer u de printer als een Windows-netwerkprinter gebruikt.
U dient printerbeheerder te zijn om de stuurprogramma's te kunnen installeren. Log in als beheerder.
Als u afdrukt vanaf een afdrukserver die via de poort SmartDeviceMonitor for Client op de printer is aangesloten, kan de client geen gebruik maken van 'Herstel afdrukken' en 'Parallel afdrukken'.
Als u afdrukt met een Windows Vista/7- of Windows Server 2008-afdrukserver, kunnen de berichtgevingsfuncties van SmartDeviceMonitor mogelijk niet met de clientcomputer worden gebruikt.
U kunt het printerstuurprogramma installeren vanaf de met dit apparaat meegeleverde cd-rom, of het downloaden van de website van de fabrikant.
Sluit alle toepassingen die momenteel worden uitgevoerd.
Plaats de cd-rom in het cd-romstation.
Het installatieprogramma wordt gestart.
Selecteer een interfacetaal en klik vervolgens op [OK].
Het printerstuurprogramma met de geselecteerde taal wordt geïnstalleerd. Het Engelstalige printerstuurprogramma wordt geïnstalleerd als één van de volgende talen is geselecteerd: Suomi, Magyar, Cestina, Polski, Portugues, Russian, Catala, Turkce.
Klik op [PostScript 3-printerstuurprogramma].
De wizard Printer toevoegen wordt gestart.
Klik op [Netwerkprinter, draadloze printer of Bluetooth-printer toevoegen].
Klik op [De printer die ik wil, wordt niet genoemd].
Selecteer [Een printer zoeken] en klik op [Volgende].
Selecteer het apparaat en klik vervolgens op [Selecteren].
Indien er een beveiligingswaarschuwingsbericht verschijnt, klik dan op [Stuurprogramma installeren].
De installatie van het printerstuurprogramma wordt gestart.
Controleer de apparaatnaam en klik vervolgens op [Volgende].
Indien er een aanvinkvakje voor het instellen van het apparaat als standaardprinter verschijnt, stel dit dan desgewenst in.
Geef aan of u wel of geen testpagina wilt afdrukken en klik op [Voltooien].
Indien er een aanvinkvakje voor het instellen van het apparaat als standaardprinter verschijnt, stel dit dan desgewenst in.
De installatie van het printerstuurprogramma wordt gestart.
Als u de installatie van het geselecteerde stuurprogramma wilt stoppen, klikt u op [Annuleren] voordat de installatie is voltooid.
Afhankelijk van het besturingssysteem van uw computer, kan het venster [Automatisch afspelen] worden geopend. Klik in dat geval op [SETUP.EXE uitvoeren]. Als het dialoogvenster [Gebruikersaccountbeheer] wordt geopend, klikt u op [Doorgaan], zodat het programma automatisch wordt opgestart.
Na de installatie van het printerstuurprogramma kan een Gebruikerscode worden ingesteld. Raadpleeg de Help van het printerstuurprogramma voor meer informatie over Gebruikerscodes.
Bij bepaalde instellingen van het besturingssysteem werkt Auto Run mogelijk niet. Start in dit geval "Setup.exe" op vanaf het cd-romstation.