![]() ![]() ![]() | ![]() | ![]() | |
![]() | |||
![]() | |||
![]() | ![]() | ![]() | ![]() |
![]() | ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() | ![]() ![]() ![]() |
Gebruik deze procedure om een virtuele printer toe te voegen.
Voor het toevoegen van een virtuele printer heeft u beheerderrechten nodig. Log in met een beheerdersaccount.
De volgende virtuele printer-protocollen zijn beschikbaar: "TCP/IP (Niet gespecificeerd, Normaal)", "TCP/IP (Niet gespecificeerd, Prioriteit)", "TCP/IP (DIPRINT)", "TCP/IP (RHPP)" en "Netware"
Log als beheerder in op Web Image Monitor.
Voor meer informatie over log-in gebruikersnamen en wachtwoorden raadpleegt u "Web Image Monitor gebruiken" in de Handleiding Netwerk- en Systeeminstellingen.
Klik in het menugebied op [Configuratie] en klik vervolgens op [Virtuele printerinstellingen] in de categorie "Printer".
Er wordt een lijst weergegeven met de beschikbare virtuele printers.
Klik op [Toevoegen].
Het scherm voor het toevoegen van virtuele printers wordt weergegeven.
Voer in [Virtuele printernaam] de naam in van de nieuwe printer en selecteer vervolgens het protocol in de lijst [Protocol].
Klik op [OK].
De virtuele printer is toegevoegd.
Als u [TCP/IP (DIPRINT)] of [NetWare] selecteert uit de lijst [Protocol], kunt u geen virtuele printernaam specificeren.
U kunt een naam voor een virtuele printer opgeven die maximaal 47 tekens lang is.
U kunt tot 50 virtuele printers toevoegen. Nadat er 51 virtuele printers zijn toegevoegd, wordt [Toevoegen] niet langer weergegeven.