HandleidingenInhoudVorigeVolgende |
Deze paragraaf geeft uitleg over hoe het PCL-printerstuurprogramma geïnstalleerd kan worden met behulp van de parallele poort.
Om een printer te selecteren die is aangesloten via een parallelle interface klikt u op [LPT1] bij de installatie van het printerstuurprogramma.
U dient printerbeheerder te zijn om de stuurprogramma's te kunnen installeren. Log in als beheerder.
U kunt het printerstuurprogramma installeren vanaf de met dit apparaat meegeleverde cd-rom, of het downloaden van de website van de fabrikant.
Het PCL-printerstuurprogramma installeren:
Sluit alle toepassingen die momenteel worden uitgevoerd.
Plaats de cd-rom in het cd-romstation.
Het installatieprogramma wordt gestart.
Selecteer een interfacetaal en klik vervolgens op [OK].
Klik op [PCL-printerstuurprogramma].
De softwarelicentieovereenkomst verschijnt in het dialoogvenster [Gebruiksrechtovereenkomst].
Wanneer u de overeenkomst hebt gelezen, klikt u op [Ik accepteer de overeenkomst] en vervolgens op [Volgende >].
Selecteer in het dialoogvenster [Selecteer het programma] het printerstuurprogramma dat u wilt gebruiken.
U kunt diverse printerstuurprogramma's selecteren.
Het PCL 6-printerstuurprogramma wordt geïnstalleerd in de taal van het besturingssysteem.
Klik op [Volgende >].
Vink het selectievakje [Printernaam] aan om het printermodel dat u wilt gebruiken te selecteren.
U kunt de printernaam wijzigen in het vak [Wijzig instellingen voor 'Printernaam'].
Dubbelklik op de apparaatnaam om de printerinstellingen weer te geven.
De details die worden weergegeven in [Opmerking], [Stuurprogramma] en [Poort] variëren afhankelijk van het besturingssysteem, het printermodel en de poort.
Controleer of [LPT1:] wordt vermeld bij [Poort].
Vink het selectievakje [Standaardprinter] aan om de printer als de standaardprinter in te stellen.
Klik op [Doorgaan].
De installatie van het printerstuurprogramma wordt gestart.
Klik op [Voltooien].
Selecteer om de computer nu of later opnieuw opstarten en klik [Voltooien].
Start de computer opnieuw op om de installatie te voltooien.
Na de installatie van het printerstuurprogramma kan een Gebruikerscode worden ingesteld. Raadpleeg de Help van het printerstuurprogramma voor meer informatie over Gebruikerscodes.
Als u de installatie van de geselecteerde software wilt stoppen, klikt u op [Annuleren] voordat de installatie is voltooid.
Bij bepaalde instellingen van het besturingssysteem werkt Auto Run mogelijk niet. Start in dit geval "Setup.exe" op vanaf het cd-romstation.
Er verschijnt een bericht als er al een nieuwere versie van het printerstuurprogramma is geïnstalleerd. Als dit het geval is, kunt u het printerstuurprogramma niet installeren via Auto Run. U kunt het printerstuurprogramma in dit geval installeren via [Printer toevoegen]. Zie de handleiding Problemen oplossen.