HandleidingenInhoudVorigeVolgende |
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe de toetsen van het bedieningspaneel en de toetsen in het scherm moeten worden gebruikt.
Het display leidt u door de handelingen, toont berichten, apparaatstatus en de bestemmingen die geregistreerd zijn in de bestemmingslijsten.
Als u tijdens een bewerking op de [Fax]- of [Instellingen verwijderen]-knop drukt, verschijnt het stand-byscherm.
Het apparaat keert automatisch terug naar de stand-bymodus wanneer u het apparaat gedurende een bepaalde tijd niet gebruikt. U kunt deze tijdsduur selecteren via Automatische resettijd voor de fax in Systeeminstellingen.
Het menu Faxeigenschappen bevat een instelling voor gebruikersparameters (schakelaar 17, bit 3) waarmee u het apparaat zodanig kunt configureren, dat het terug keert naar de stand-bymodus wanneer het scannen van een origineel is voltooid (zie “Parameterinstellingen”).
Om handmatig terug te keren naar het stand-byscherm, doet u het volgende:
Wanneer u het origineel in de automatische documentinvoer (ADF) heeft geplaatst en niet op de [Start]-knop heeft gedrukt, verwijdert u het origineel.
Wanneer u geen origineel heeft geplaatst, drukt u op de [Instellingen verwijderen]-knop.
Wanneer u zich in de modus Gebruikersinstellingen bevindt, drukt u op de [Gebruikersinstellingen/Teller]-knop.