![]() ![]() ![]() | ![]() | ![]() | |
![]() | |||
![]() | |||
![]() | ![]() | ![]() | ![]() |
![]() | ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() | ![]() ![]() ![]() |
In deze paragraaf wordt uitgelegd hoe e-mailbestemmingen kunnen worden opgegeven.
U kunt op een van de volgende manieren e-mailbestemmingen opgeven:
Selecteer de bestemming uit het adresboek van de scanner.
Geef het e-mailadres rechtstreeks op.
Zoek de LDAP-server voor de bestemming en selecteer deze
Zorg ervoor dat u [Aan] heeft geselecteerd voordat u bestemmingen selecteert. Druk indien nodig op [Cc] of [Bcc] en selecteer vervolgens bestemmingen.
U kunt meerdere bestemmingen opgeven.