Naam en opmerkingen wijzigen
Volg de onderstaande procedure om de naam en de opmerkingen van het apparaat te wijzigen.
Start SmartDeviceMonitor for Admin op.
In het menu [Groep] wijst u naar [Apparaat zoeken] en klikt u vervolgens op [IPv4], [IPX/SPX] of [IPv4 SNMPv3].
Er verschijnt een lijst van apparaten die het geselecteerde protocol gebruiken.
Selecteer het protocol van het apparaat waarvan u de configuratie wilt wijzigen.
Als u IPv4 SNMPv3 gebruikt, voer dan de gebruikersverificatie in.
Selecteer een apparaat uit de lijst en klik vervolgens op [NIB Setup Tool] in het menu [Extra].
Een webbrowser wordt geopend en het venster verschijnt om de log-in gebruikersnaam en het wachtwoord in te voeren voor de beheerder van Web Image Monitor.
NIB Setup Tool wordt opgestart wanneer de netwerkinterfacekaart standaard is. Volg de instructies op het scherm.
Voer de login gebruikersnaam en het wachtwoord in en klik vervolgens op [Inloggen].
Raadpleeg uw netwerkbeheerder voor meer informatie over de login gebruikersnaam en het wachtwoord.
Klik op [Configuratie].
Klik op [Systeem] in het gebied [Apparaatinstellingen] en wijzig de instellingen.
Klik op [OK].
Klik op [Uitloggen].
Sluit Web Image Monitor af.
Sluit SmartDeviceMonitor for Admin af.
Inhet vak [Apparaatnaam] voert u een apparaatnaam op het apparaat in met maximum 31 tekens.
In het vak [Opmerkingen] voert u opmerkingen over het apparaat in met maximum 31 tekens.
Raadpleeg de Veiligheidsinformatie (de handleiding voor de beheerder) voor meer informatie over login gebruikersnamen en wachtwoorden.
Raadpleeg "Web Image Monitor gebruiken" voor meer informatie over Web Image Monitor.
