![]() ![]() ![]() | ![]() | ![]() | |
![]() | |||
![]() | |||
![]() | ![]() | ![]() | ![]() |
![]() | ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() | ![]() ![]() ![]() |
Meld u aan in Web Image Monitor in de beheerdersmodus.
Klik op [Configuratie] in het menugebied en klik vervolgens op [Automatische E-mailmelding] in het gebied [Apparaatinstellingen].
Het dialoogvenster voor het maken van meldingsinstellingen verschijnt.
Stel het volgende in:
Items in de kolom Meldingsbericht: u kunt dit naar wens instellen, bijvoorbeeld de plaats van het apparaat en de contactinformatie van de servicedienst.
Items in de kolom Te melden groepen: adressen voor e-mailmelding kunnen zo nodig worden gegroepeerd.
Items in de kolom Selecteer Groepen/Items om te melden: kies groepen voor ieder soort berichtgeving zoals status van het apparaat en storing.
Klik op [Bewerken] naast [Gedetailleerde instellingen van elk item] om voor deze items gedetailleerde instellingen te maken.
Klik op [OK].
Klik op [Uitloggen].
Sluit Web Image Monitor af.
Zie "Web Image Monitor gebruiken" voor verdere informatie over Web Image Monitor.
Voor meer informatie over de instellingen, zie het onderdeel Help van Web Image Monitor.