Onderhoud uitvoeren met behulp van het bedieningspaneel (menu Onderhoud)

U kunt een testpatroon afdrukken om te controleren of de inkt op de juiste wijze uit de printerspuitkoppen wordt gespoten.

U kunt de printerkop reinigen.

Reinig de kop als bepaalde kleuren niet worden afgedrukt of vaag worden afgedrukt.

Het reinigen van de kop verbruikt inkt.

U kunt de printerkop grondiger reinigen.

Omdat het doorspoelen van de kop meer inkt verbruikt dan het reinigen van de kop, kunt u dit het beste alleen doen als de printerkop niet grondig genoeg kan worden gereinigd door de de kop te reinigen.

Als bi-directioneel afgedrukte regels verticaal onjuist zijn uitgelijnd, of als afdrukken onscherp zijn, drukt u het testpatroon af en past u de uitlijning van de printerkop aan.

Als afgedrukte regels horizontaal onjuist zijn uitgelijnd of als afbeeldingen ongelijkmatig zijn afgedrukt, drukt u het testpatroon af en past u de instelling voor papiertoevoer aan.

Druk het testpatroon af en lijn het punt waar het afdrukken start uit voor elke papierinvoerlade.

Met behulp van de toetsherhaalfunctie kunt u de instellingswaarden in eenheden van tien instellen of snel over het display scrollen door een toets op het bedieningspaneel ingedrukt te houden. U kunt deze functie in- of uitschakelen.

• Aan

• Uit

Standaard: Aan

U kunt een vel papier laten uitwerpen zonder er iets op af te drukken.

Als u vocht aan de binnenkant van de printer wilt verwijderen, kunt u drie vellen papier laten uitwerpen zonder er iets op af te drukken.