Verzenden terwijl de verbinding met de bestemming wordt gecontroleerd (direct verzenden)

Met Direct verzenden kunt u documenten verzenden terwijl de verbinding met de bestemming wordt gecontroleerd.

U kunt fax- of IP-faxbestemmingen opgeven.

Als u internetfax-, e-mail-, mapbestemmingen en groeps- of meerdere bestemmingen opgeeft, wordt automatisch de verzendmodus Geheugenverzending gekozen.

Belangrijk

  • Het is raadzaam de ontvangers te bellen en met hen af te spreken wanneer belangrijke documenten worden verzonden.

  1. Druk op [Home] (Afbeelding van bedieningspaneel) in het midden onder aan het scherm.

  2. Swipe het scherm naar links en druk vervolgens op het pictogram [Fax (klassiek)].
    Als het pictogram niet wordt weergegeven op het Home-scherm, voegt u het pictogram toe vanuit de Toepassingslijst. Raadpleeg de gebruikershandleiding van uw apparaat voor meer informatie over hoe u pictogrammen toevoegt aan het [Home]-scherm.

  3. Controleer of "Gereed" op het scherm wordt weergegeven.

  4. Druk op [Dir. TX].
    Afbeelding van bedieningspaneel

  5. Plaats het origineel in de ADF.

  6. Selecteer de noodzakelijke scaninstellingen.
    Zie Scaninstellingen opgeven voor originelen t.b.v. faxverzending voor meer informatie over de scaninstellingen.

  7. Geef een bestemming op.
    Als u zich vergist, drukt u op [Wissen] en voert u de gegevens nogmaals in.
    Zie Een faxbestemming opgeven voor meer informatie over het opgeven van een bestemming.

  8. Druk op [Starten].

x

QR Code