Log in als apparaatbeheerder via het bedieningspaneel.
Druk op [Systeeminstellingen].
Druk op [Beheerderstoepassingen].
Druk 3 keer op [Volg.].
Druk op [Ongeaut. kopieerpreventie: Printer].
Druk op [Wijzigen] bij "Ongeautoriseerde kopieerpreventie-instelling".
Druk op [Aan] en druk vervolgens op [OK].
Druk op [Wijzigen] voor "Verplichte ongeautoriseerde kopieerpreventie".
Geef op of het afdrukken van een ingesloten patroon verplicht moet zijn of niet.
[Driver/Opdracht]
Het afdrukken van een ingesloten patroon is niet verplicht.
Met behulp van het printerstuurprogramma kunnen gebruikers kiezen of ze willen afdrukken met een ingesloten patroon en kunnen ze de instellingen opgeven.
[Driver/Opdracht (meeste instell.)]
Afdrukken van het ingesloten patroon is verplicht.
Met behulp van het printerstuurprogramma kunnen gebruikers de instellingen opgeven voor het ingesloten patroon, met uitzondering van type, kleur en dikte.
[Apparaatinstellingen]
Afdrukken van het ingesloten patroon is verplicht.
Gebruikers kunnen de ingesloten patrooninstellingen niet opgeven via het stuurprogramma van de printer.
Druk twee keer op [OK].
Log uit.
Voor meer informatie over de instellingen voor het opgeven van het patroon via het apparaat, zie Het apparaat aansluiten / Systeeminstellingen.