Koptekst overslaan
 

Voorkomen van onbevoegd kopiëren / Gegevensbeveiliging voor kopiëren

U kunt via het kopieerapparaat, Document Server en printerfuncties een patroon in een afdruk plaatsen dat ongeautoriseerd kopiëren ontmoedigt of voorkomt.

Als de functie Voorkomen van onbevoegd kopiëren ingeschakeld is, worden teksten (bijv. een waarschuwingsbericht als "Niet kopiëren") meegedrukt als documenten illegaal gekopieerd worden. Zo kan ongeautoriseerd kopiëren dus voorkomen worden.

Wanneer de functie Gegevensbeveiliging voor kopiëren gebruikt wordt en de instellingen voor speciale patronen in documenten ingeschakeld is, worden kopieën van documenten met patronen volledig grijs afgedrukt. Zo kan het lekken van informatie voorkomen worden. Om documenten te beschermen door ze volledig grijs te overdrukken, moet op het kopieerapparaat of de MFP de Gegevensbeveiliging voor kopiëren zijn geïnstalleerd.

Als een apparaat waarop de functie Gegevensbeveiliging voor kopiëren is ingeschakeld, een bestand detecteert dat is beschermd door de functie Gegevensbeveiliging voor kopiëren, piept het apparaat en wordt het ongeautoriseerde kopiëren gelogd.

Zie de onderstaande gegevens voor verdere informatie:

De functie Voorkomen van onbevoegd kopiëren gebruiken

  1. Schakel op het apparaat het afdrukken van het ingesloten patroon in. De instellingen moeten door de apparaatbeheerder worden geconfigureerd. Voor meer informatie over het configureren van de instellingen, zie Afdrukpatroon inschakelen.

  2. Geef in het kopieerapparaat, de documentserver of de printerfunctie de instellingen op voor het voorkomen van onbevoegd kopiëren. Rechten om deze instelling te wijzigen is afhankelijk van de instelling die is opgegeven in [Verplichte ongeautoriseerde kopieerpreventie]. Voor meer informatie, zie Afdrukpatroon inschakelen.

Gegevensbeveiling voor kopiëren gebruiken

  1. Schakel op het apparaat de instelling voor het afdrukken van ingesloten patronen in. De instellingen moeten door de apparaatbeheerder worden geconfigureerd. Voor meer informatie over het configureren van de instellingen, zie Afdrukpatroon inschakelen.

  2. Geef in het kopieerapparaat, de Document Server of de printerfunctie de instellingen op voor gegevensbeveiliging voor kopiëren. Rechten om deze instelling te wijzigen is afhankelijk van de instelling die is opgegeven in [Verplichte ongeautoriseerde kopieerpreventie]. Voor meer informatie, zie Afdrukpatroon inschakelen.

  3. Configureer de instelling "Gegevensbev. voor kopiëren detect." voor gedrukte exemplaren, zodat documenten volledig grijs worden bedrukt als ze illegaal gekopieerd, gefaxt, gescand of opgeslagen worden in het apparaat. De instelling moet door de apparaatbeheerder worden geconfigureerd. Voor meer informatie over het configureren van de instellingen, zie Gegevensbeveil. voor kopiëren detecteren inschakelen.

Opmerking

  • Tijdens het kopiëren kan de dikte van een ingevoegd patroon ongelijkmatig zijn als gevolg van de instelling voor het origineeltype. Wijzig in dit geval de instelling van het origineeltype in [Tekst] of [Foto].