Dit gedeelte beschrijft hoe u het apparaat moet aansluiten op de draadloze LAN-interface.
Controleer het IPv4-adres en het subnetmasker of de instellingen van het IPv6-adres van dit apparaat.
Voor meer informatie over het opgeven van het IPv4-adres en subnetmasker vanaf het bedieningspaneel van de printer, zie Draadloos LAN configureren.
Voordat u dit apparaat met een draadloze LAN-interface gebruikt, moet u [Wireless LAN] in [Type LAN] selecteren.