Gebruik de opdracht "smb" om de computer- of de werkgroepnaam voor SMB te configureren of te verwijderen.
Instellingen bekijken
msh> smb
Instellingen voor computernaam
msh> smb comp "computer name"
Geef een computernaam op van maximaal 15 tekens.
Namen die beginnen met "RNP" of "rnp" kunnen niet worden ingevoerd.
Instellingen voor werkgroepnamen
msh> smb group "work group name"
Geef een werkgroepnaam op van maximaal 15 tekens.
Opmerking-instellingen
msh> smb comment "comment"
Voer een opmerking in van maximaal 31 tekens.
Melding van voltooiing afdruktaak
msh> smb notif {on|off}
Als u een melding van de voltooiing van een afdruktaak wilt ontvangen, specificeer dan "on". Zo niet, specifeer dan "off".
Computernaam verwijderen
msh> smb clear comp
Groepsnaam verwijderen
msh> smb clear group
Opmerking verwijderen
msh> smb clear comment
Protocol weergeven
msh> smb protocol
Poortinstelling met prioriteit voor SMB-clientcommunicatie
De instelling weergeven
msh> smb client port
De prioriteitspoort voor SMB-clientcommunicatie specificeren
msh> smb client port {139|445}
Verificatieniveau voor SMB-client
De instelling weergeven
msh> smb client auth
Het verificatieniveau voor SMB-client specificeren
msh> smb client auth {0|1|2|3}
WSD-browsen voor SMB-client
De instelling weergeven
msh> smb client wsd
WSD-browsen voor SMB-client specificeren
msh> smb client wsd {on|off}
Schrijfmodus voor SMB client
De instelling weergeven
msh> smb client write
De schrijfmodus voor SMB-client specificeren
msh> smb client write {sync|async}
Scannen naar SMB time-out voor SMB-client
De instelling weergeven
msh> smb client timeout
De scannen voor SMB-time-out voor SMB-client specificeren
msh> smb client timeout [10–255]