Koptekst overslaan
 

Beheerders

Beheerders beheren de gebruikerstoegang tot het apparaat en verscheidene andere belangrijke functies en instellingen.

Wanneer een beheerder toegangsbeperkingen en instellingen beheert, moet eerst de beheerder van het apparaat worden geselecteerd en moet de verificatiefunctie worden ingeschakeld voordat het apparaat wordt gebruikt. Wanneer u de verificatiefunctie inschakelt, zijn de log-in gebruikersnaam en het log-in wachtwoord vereist om het apparaat te kunnen gebruiken. De beheerderstaken voor dit apparaat zijn onderverdeeld in 4 categorieƫn aan de hand van hun functie: gebruikersbeheerder, apparaatbeheerder, netwerkbeheerder en bestandsbeheerder. Als beheerderstaken worden gedeeld, verloopt elke beheerderstaak vlotter en worden bovendien onbevoegde beheerdersbewerkingen voorkomen. Meerdere beheerderstaken kunnen aan een beheerder worden toegewezen en een taak kan ook door meer dan een beheerder worden gedeeld. Er kan ook een toezichthouder worden ingesteld, deze kan de wachtwoorden van de beheerders wijzigen.

Beheerders kunnen geen functies gebruiken zoals kopiƫren en afdrukken. Om deze functies te gebruiken, dient de beheerder als gebruiker geverifieerd te zijn.

Voor instructies over het registreren van de beheerder, zie Beheerders registreren en wijzigen. Voor instructies over het wijzigen van het wachtwoord van de beheerder, zie Supervisor. Voor meer informatie over gebruikers, zie Gebruikers.

Belangrijk

  • Als gebruikersverificatie niet mogelijk is vanwege een probleem met de harde schijf of het netwerk, kunt u het apparaat gebruiken door deze op te roepen via beheerdersverificatie en gebruikersverificatie uit te schakelen. Doe dit als u het apparaat bijvoorbeeld dringend moet gebruiken.