Koptekst overslaan
 

Documentserver

In dit gedeelte wordt beschreven hoe een afdruktaak vanaf een clientcomputer kan worden verzonden en op de documentserver kan worden opgeslagen.

1Open het af te drukken document.

2Selecteer [Afdrukken] in het menu [Bestand].

3Klik op [Takenlogboek] in het pop-upmenu.

4Klik op [Document Server] in het pop-upmenu [Taaksoort:].

5Voer bij [Gebruikers-ID:] een gebruikers-ID in van maximaal acht alfanumerieke tekens.

De hier ingevoerde gebruikers-ID wordt als "Gebruikersnaam" op het bedieningspaneel weergegeven.

U kunt het opgeslagen document een naam van maximaal 16 alfanumerieke tekens geven.

U kunt voor het opgeslagen document een wachtwoord van vier tot acht cijfers instellen.

6Voer in het vak [Mapnummer:] het nummer in van de map waarin u de documenten wilt opslaan.

Als mapnummer kunt u een nummer van 0 t/m 200 invoeren. Wanneer u als mapnummer "0" invoert, worden de documenten opgeslagen in de gedeelde map.

7Als de map is beveiligd met een wachtwoord, voer dan in het vak [Wachtwoord map:] het wachtwoord in.

Als wachtwoord voor een map kunnen 4 tot 8 tekens worden ingevoerd.

8Druk het document af met de afdrukfunctie in de toepassing waarin het document is opgesteld.

Opmerking

  • Raadpleeg KopiĆ«ren / Document Server voor details over het gebruik van de Document Server.