Koptekst overslaan
 

Problemen oplossen

In dit gedeelte worden oplossingen voor veelvoorkomende problemen beschreven.

Windows:

Het document wordt niet afgedrukt, ondanks dat de gegevens over het netwerk zijn verzonden en ontvangen.

Open de printereigenschappen en klik vervolgens op het tabblad [Apparaatinstellingen]. Selecteer [Nee] in [CTRL-D voor elke opdracht verzenden:] en [CTRL-D na elke opdracht verzenden:].

Macintosh:

Het duurt lang voordat het afdrukdialoogvenster wordt weergegeven.

Afhankelijk van de algehele prestaties van een Macintosh-systeem, kan het lang duren voordat het dialoogvenster wordt weergegeven.

Het duurt lang om vanaf een G4 Macintosh af te drukken als de printer via een switching hub aangesloten is.

Wijzig de instellingen als volgt:

  • Stel de communicatiesnelheid van het apparaat in op dezelfde snelheid als de switching hub.

  • U kunt de communicatiesnelheid van het apparaat ook instellen op "100Mbps Duplex" of "100Mbps Half Duplex".

Voor meer informatie over hoe u de Ethernetsnelheid kunt configureren, zie Het apparaat aansluiten / Systeeminstellingen.

Windows en Macintosh:

De aangesloten optie wordt niet in het afdrukinstellingenvenster weergegeven.

Het is mogelijk dat de optie niet correct is geconfigureerd. Voer de volgende procedure uit:

  • Windows:

    1. Open de printereigenschappen.

    2. Klik op het tabblad [Accessoires].

    3. Selecteer de geïnstalleerde opties in het gebied [Opties] en configureer vervolgens de vereiste instellingen.

    4. Klik op [OK] om het venster met printereigenschappen te sluiten.

  • Macintosh:

    1. Start System Preferences op.

    2. Klik op [Print & Fax].

    3. Selecteer het apparaat dat u gebruikt en klik vervolgens op [Options & Supplies...].

    4. Klik op [Driver] en configureer de benodigde instellingen.

    5. Klik op [OK].

    6. Sluit System Preferences af.

Raadpleeg de Installatiehandleiding stuurprogramma voor meer informatie.