Koptekst overslaan
 

Toegangsrechten opgeven wanneer u bestanden opslaat

In deze sectie wordt beschreven hoe u de toegangsprivileges instelt en vervolgens een bestand opslaat in de documentserver.

1Plaats het origineel en geef vervolgens de gewenste scaninstellingen op.

Geef de instelling [Origineelrichting] correct op. Als u dat niet doet, wordt de afdrukrichting boven/onder van het origineel niet correct weergegeven in de voorvertoning.

Zie De richting van het origineel instellen voor meer informatie over elke instelling.

2Druk op [Best. opsl.].

Schermafbeelding bedieningspaneel

3Selecteer [Verzenden & Opslaan] of [Alleen opslaan].

Selecteer [Verzenden & Opslaan] om documenten te verzenden nadat ze zijn opgeslagen.

Selecteer [Alleen opslaan] voor het opslaan van documenten.

4Druk op [Toegangsprivileges].

5Druk op [Nieuw progr.].

6Selecteer de gebruikers of groepen waaraan u toestemming wilt verlenen.

U kunt meer dan één gebruiker selecteren.

Als u op [Alle gebruik.] drukt, worden alle gebruikers geselecteerd.

7Druk op [Afsluit.].

8Selecteer de gebruiker waaraan u toegangsrechten wilt verlenen en selecteer vervolgens de betreffende rechten.

Selecteer één van de volgende toegangsrechten: [Alleen lezen], [Bewerken], [Bew./Verw.] of [Totale controle].

9Druk op [Afsluit.].

10Geef indien nodig de bestandsnaam en het wachtwoord op.

11Druk op [OK].

12Als u [Verzenden & Opslaan] heeft geselecteerd, geeft u de ontvanger op.

13Druk op de [Start]-knop.