Bovenste pagina > Gebruiksaanwijzing > Afdrukken > Handige afdrukfuncties > Het gebruik van Handige afdrukfuncties met Windows (PCL 6/PostScript 3) > Effecten
Nadat u een document hebt aangemaakt, opent u het dialoogvenster [Afdrukvoorkeuren] in de oorspronkelijke toepassing van het document.
Klik op het tabblad [Uitgebreide Instelling].
Klik in het veld "Menu:" op het pictogram [Effecten] en configureer de volgende instellingen:
Watermerk afdrukken Geef aan of u een watermerk wilt afdrukken. Selecteer dan het watermerk in de lijst "Watermerken:". Raadpleeg voor meer informatie Watermerken . Raadpleeg de helpfunctie van het printerstuurprogramma voor meer informatie over het bewerken van watermerken.
Voorkomen van onbevoegd kopiëren Geef aan of u de functie Onbevoegd kopiëren voorkomen wilt gebruiken. Raadpleeg voor meer informatie Documenten die niet gekopieërd mogen worden .
|
Wijzig andere afdrukinstellingen indien nodig. Zie de helpfunctie van het printerstuurprogramma voor verdere informatie. |
Klik op [OK].
Begin met afdrukken vanuit het dialoogvenster [Afdrukken] van de toepassing.