Koptekst overslaan
 

Een FTP-map registreren

1Druk op de knop [Gebruikersinstellingen].

2Druk op [Log-in].

3Voer het log-inwachtwoord in en druk vervolgens op de knop [OK].

4Druk op [Pijl-omhoog] of [Pijl-omlaag] om [Systeeminstel.] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.

5Druk op [Pijl-omhoog] of [Pijl-omlaag] om [Beheerderstoepassingen] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.

6Druk op [Pijl-omhoog] of [Pijl-omlaag] om [Adresboekbeheer] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.

7Druk op [Pijl-omhoog] of [Pijl-omlaag] om [Programmeren/Wijzigen] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.

8Voer het registratienummer dat u wilt programmeren in met de cijfertoetsen en druk op [OK].

U kunt automatisch de registratienummers 001-020 opgegeven door op de snelkeuzetoetsen te drukken.

Druk op [Zoeken] als u wilt zoeken op naam, bestemmingslijst, registratienummer, faxbestemming, e-mailadres of mapnaam.

9Voer de naam in en druk daarna op de [OK]-toets.

U kunt een naam van maximaal 20 tekens invoeren.

10Druk op [Bestm.].

11Druk op [Pijl-omhoog] of [Pijl-omlaag] om [Mapinformatie] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.

12Druk op [Pijl-omhoog] of [Pijl-omlaag] om [FTP] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.

13Voer de servernaam in en druk daarna op de [OK]-toets.

14Als u het poortnummer wilt wijzigen, voer dan het nieuwe poortnummer in en druk vervolgens op de [OK]-toets.

U kunt 1 tot 65535 invoeren.

15Als u het pad wilt wijzigen, voer dan het nieuwe pad in en druk [OK].

U kunt een absoluut pad invoeren met deze indeling: "/gebruiker/home/gebruikersnaam"; of een relatief pad met deze indeling: "directory/subdirectory".

U kunt het pad invoeren met maximaal 128 tekens.

Indien u het pad leeg laat, wordt aangenomen dat de login-directory de huidige werkende directory is.

U kunt ook een IPv4-adres invoeren.

16Druk op [Com.Tst] om te controleren of het pad goed is ingesteld.

Als de verbindingstest mislukt, controleer dan de instellingen en probeer het opnieuw.

17Druk op [Afsluiten].

18Druk op de [Escape]-knop.

19Druk op [Pijl-omhoog] of [Pijl-omlaag] om [Verif.info] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.

20Druk op [Pijl-omhoog] of [Pijl-omlaag] om [Mapverificatie] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.

21Druk op [Pijl-omhoog] of [Pijl-omlaag] om [Spec. and. Ver.info.] weer te geven en druk op [Gebr.].

Wanneer [Niet specificeren] wordt geselecteerd, zijn de [FTP Gebruikersnaam] en [FTP Wachtwoord] die u hebt opgegeven in "Stand. Gebr.naam/WW(Verz.)" van de instellingen voor [Best.overdracht] van toepassing. Raadpleeg voor meer informatie Bestand doorzenden.

22Voer de log-in gebruikersnaam in en druk vervolgens op de [OK]-knop.

23Druk op [Wachtwoord].

24Voer het wachtwoord in en druk vervolgens op de [OK]-toets.

25Voer het wachtwoord opnieuw in om te bevestigen en druk vervolgens op de [OK]-toets.

26Druk op de [OK]-knop.

27Druk op de [Escape]-knop.

28Druk op [Afsluiten].

29Druk op de [OK]-knop.

30Druk op de [Escape]-knop.

Opmerking

  • U kunt maximaal 20 tekens invoeren voor de gebruikersnaam.

  • U kunt tot maximaal 20 karakters invoeren voor het wachtwoord.

  • Voor informatie over het invoeren van tekst raadpleegt u Tekens invoeren.