Koptekst overslaan
 

Een SMB-map registreren

1Druk op de knop [Gebruikersinstellingen].

2Druk op [Log-in].

3Voer het log-inwachtwoord in en druk vervolgens op de knop [OK].

4Druk op [Pijl-omhoog] of [Pijl-omlaag] om [Systeeminstel.] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.

5Druk op [Pijl-omhoog] of [Pijl-omlaag] om [Beheerderstoepassingen] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.

6Druk op [Pijl-omhoog] of [Pijl-omlaag] om [Adresboekbeheer] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.

7Druk op [Pijl-omhoog] of [Pijl-omlaag] om [Programmeren/Wijzigen] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.

8Voer het registratienummer dat u wilt programmeren in met de cijfertoetsen en druk op [OK].

U kunt automatisch de registratienummers 001 - 020 opgeven door op de Snelkeuzetoetsen te drukken.

Druk op [Zoeken] als u wilt zoeken op naam, bestemmingslijst, registratienummer, faxbestemming, e-mailadres of mapnaam.

9Voer de naam in en druk daarna op de [OK]-toets.

U kunt een naam van maximaal 20 tekens invoeren.

10Druk op [Bestm.].

11Druk op [Pijl-omhoog] of [Pijl-omlaag] om [Verif.info] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.

12Druk op [Pijl-omhoog] of [Pijl-omlaag] om [Mapverificatie] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.

13Druk op [Pijl-omhoog] of [Pijl-omlaag] om [Spec. and. Ver.info.] weer te geven en druk op [Gebr.].

Wanneer [Niet opgeven] wordt geselecteerd, zijn de [SMB Gebruikersnaam] en het [SMB Wachtwoord] die u hebt opgegeven in "Stand. Gebr.naam/WW(Verz.))" van de instellingen voor [ Best.overdracht] van toepassing. Raadpleeg voor meer informatie Bestand doorzenden.

14Voer de log-in gebruikersnaam in en druk vervolgens op de [OK]-knop.

15Druk op [Wachtwoord].

16Voer het wachtwoord in en druk vervolgens op de [OK]-toets.

17Voer het wachtwoord opnieuw in om te bevestigen en druk vervolgens op de [OK]-toets.

18Druk op de [OK]-knop.

19Druk op de [Escape]-knop.

20Druk op [Pijl-omhoog] of [Pijl-omlaag] om [Mapinformatie] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.

21Druk op [Pijl-omhoog] of [Pijl-omlaag] om [SMB] weer te geven en druk vervolgens op de [OK]-knop.

22Druk op [Handmatige invoer] of [Blader Netwerk] om de invoermethode voor het pad op te geven met [Pijl-omhoog] of [Pijl-omlaag] en druk vervolgens op de [OK]-toets.

Om een map op te geven, kunt u handmatig het pad invoeren of de map vinden door door het netwerk te bladeren. Raadpleeg voor meer informatie De map handmatig zoeken en De map zoeken met Blader netwerk.

23Druk op [Com.Tst] om te controleren of het pad goed is ingesteld.

Als de verbindingstest mislukt, controleer dan de instellingen en probeer het opnieuw.

24Druk op [Afsluiten].

25Druk op de [Escape]-knop.

26Druk op [Afsluiten].

27Druk op de [OK]-knop.

28Druk op de [Escape]-knop.

Opmerking

  • U kunt maximaal 20 tekens invoeren voor de gebruikersnaam.

  • U kunt tot maximaal 20 karakters invoeren voor het wachtwoord.

  • Voor informatie over het invoeren van tekst raadpleegt u Tekens invoeren.