![]() ![]() ![]() | ![]() | ![]() | |
![]() | |||
![]() | |||
![]() | ![]() | ![]() | ![]() |
![]() | ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() | ![]() ![]() ![]() |
Het opslaan van uw documenten in een Persoonlijke box voorkomt dat onbevoegde gebruikers deze lezen.
Wanneer u een ontvanger voor de Persoonlijke box opgeeft, worden binnenkomende documenten rechtstreeks doorgezonden naar de bestemming die u opgeeft. U kunt een faxnummer, IP-Faxbestemming, internetfaxbestemming, e-mailadres of mapbestemming als ontvanger opgeven.
Om documenten te kunnen ontvangen in een Persoonlijke box, moet u de afzender de SUB-code geven die voor de desbetreffende Persoonlijke box is geprogrammeerd en hem verzoeken het document te verzenden via SUB Code Verzending met die SUB-code. Wanneer uw apparaat een vertrouwelijk document heeft ontvangen, brandt de indicator Vertrouwelijk bestand ().
Indien de hoofdstroomschakelaar ongeveer één uur lang is uitgeschakeld, worden alle documenten die zijn ontvangen in de Persoonlijke box gewist. Als dit gebeurt, wordt er een stroomstoringsrapport afgedrukt, zodat u kunt zien welke documenten zijn verwijderd. Zie Problemen oplossen voor meer informatie hierover.
Documenten die bezorgd worden bij geregistreerde bestemmingen worden uit de Persoonlijke box verwijderd.
Als geen ontvanger is toegekend, kunt u de ontvangen documenten afdrukken op dit apparaat. Voor nadere details over de afdrukmethode, zie "Persoonlijke box-documenten afdrukken".
Indien de ontvanger een internetfax/e-mailbestemming is, kan e-mail worden gecodeerd en doorgestuurd met een digitale handtekening. Gebruik zowel “Box instelling” in het menu Faxeigenschappen als Web Image Monitor om op te geven of codering en een digitale handtekening moeten worden toegepast. Voor meer informatie over Box instelling, zie "Boxinstelling".
Voor nadere details over Vertrouwelijk bestandsrapport, zie "Vertrouwelijk bestandsrapport".