Paginanummering

U kunt het type paginanummering selecteren dat prioriteit krijgt wanneer [Paginanummering] wordt ingedrukt.

Standaard: [P1,P2...]

U kunt het lettertype selecteren in de modus Paginanummering.

Standaard: [Lettertype 1]

U kunt de afmeting instellen van de stempel die in de modus Paginanummering wordt afgedrukt.

Standaard: [Automatisch]

U kunt de positie instellen van het paginanummer dat wordt afgedrukt op de achterzijde van een dubbelzijdige pagina in de Duplex-modus.

Standaard: [Tegenoverg. pos.]

U kunt de paginanummering instellen wanneer u de functie Combineren en de functie Paginanummering samen gebruikt.

Standaard: [Per origineel]

U kunt instellen dat het paginanummer op tussenbladen wordt afgedrukt of niet wanneer u de functie Tussenv., ingesteld op “Kopiëren” en de functie Paginanummering samen gebruikt.

Standaard: [Uit]

Hiermee kunt u opgeven hoe elke stempel wordt afgedrukt.

• Stempelpositie

  Hiermee kunt u aangeven waar de stempel moet worden afgedrukt.

  Standaard voor de patronen van “P1,P2...”, “1/5,2/5...”, “P.1,P.2...” en “1,2...”: [Rechtsboven]

  Standaard voor de patronen van “-1-,-2-...” en “1-1,1-2...”: [Middenonder]

• Stempelpositie aanpassen

  U kunt de positie van de stempel aanpassen binnen de hieronder getoonde beschikbare bereiken.

  (voornamelijk in Europa en Azië)

  “Linksboven" boven/onder: 4 144 mm, links/rechts: 4 144 mm

  “B.midden" boven/onder: 4 144 mm, links/rechts: 72 72 mm

  “Rechtsboven” boven/onder: 4 144 mm, links/rechts: 4 144 mm

  “Linksonder” boven/onder: 4 144 mm, links/rechts: 4 144 mm

  “Middenonder” boven/onder: 4 144 mm, links/rechts: 72 72 mm

  “Rechtsonder” boven/onder: 4 144 mm, links/rechts: 4 144 mm

U kunt de paginanummers in wit laten afdrukken waar de nummers zwarte delen van de afbeelding overlappen.

Standaard: [Uit]

U kunt de beginleter van de paginanummering op de volgende wijze instellen: “P1,P2.../P.1,P.2...” en “S1,S2.../S.1,S.2...”.

Standaard: [P1,P2.../P.1,P.2...]