In de volgende procedure worden Mac OS X en PageManager als voorbeeld gebruikt.
De procedure kan bij de verschillende versies van PageManager anders zijn. Raadpleeg de handleiding van PageManager voor meer informatie.
Plaats het origineel op de belichtingsplaat of in de ADF.
In het menu [Ga] klik op [Programma's].
Wijs naar [Presto! PageManager X.XX], en dubbelklik daarna op [Presto! PageManager X].
X geeft de versie van PageManager aan.
In het menu [Bestand] wijs naar [Select Source......] en klik vervolgens op [TWAIN......].
In het dialoogvenster [Select Source] selecteer de scanner en klik vervolgens op [OK].
Op het menu [Extra] selecteer [Scan Settings...].
Voor meer details, zie het Helpgedeelte van het TWAIN stuurprogramma of de handleiding van PageManager.
Configureer de scaninstellingen zoals vereist, en klik vervolgens op [OK].
Voor meer details, zie het Helpgedeelte van het TWAIN stuurprogramma of de handleiding van PageManager.
Klik in het menu [Bestand], klik op [Acquire Image Data...].
Configureer de scaninstellingen zoals vereist, en klik vervolgens op [Scan].
In het menu [Presto! PageManager X] menu, klik op [Quit Presto! PageManager X].
![]()
Controleer of u de juiste scanner hebt geselecteerd als er twee of meer scanners op het netwerk zijn aangesloten. Als u niet de juiste scanner hebt geselecteerd, klikt u op [Select Source...] in het menu [Bestand] en selecteert u de gewenste scanner.
U kunt het startprogramma dat bij PageManager wordt geïnstalleerd gebruiken om de volgende scanbewerkingen op eenvoudige wijze uit te voeren. Raadpleeg de handleiding van PageManager voor meer informatie.
Originelen scannen naar een andere toepassing.
De gescande bestanden doorsturen naar een OCR-toepassing.
De gescande bestanden doorsturen naar een e-mailtoepassing om als bijlage te verzenden.
De gescande bestanden opslaan in een vooraf ingestelde map.