Gebruikershandleiding
In dit hoofdstuk vindt u algemene informatie over het product en deze handleiding.
In dit hoofdstuk worden de procedures beschreven voor de installatie en configuratie van het apparaat, de mogelijkheden om het apparaat met andere apparatuur te verbinden en de manier waarop het papier wordt verwerkt.
In dit hoofdstuk worden de printerfuncties beschreven.
In dit hoofdstuk worden de kopieerfuncties beschreven.
In dit hoofdstuk worden de scanfuncties beschreven.Er zijn twee methoden om te scannen: scannen vanaf het bedieningspaneel en scannen vanuit de computer (TWAIN-scannen).
In dit hoofdstuk worden de faxfuncties beschreven.
In dit hoofdstuk komt aan de orde hoe de operationele instellingen van het apparaat via het bedieningspaneel kunnen worden geconfigureerd en aangepast.Het apparaat kan via de standaardinstellingen worden bediend, maar de configuratie kan worden aangepast aan de behoeften van de gebruiker. Wijzigingen in de instellingen worden ook opgeslagen als het apparaat is uitgeschakeld.
U kunt de status van het apparaat controleren of de instellingen van het apparaat wijzigen door het apparaat rechtstreeks via de Web Image Monitor te benaderen.
Dit hoofdstuk vormt een richtlijn voor het oplossen van problemen met de bediening van het apparaat.
In dit hoofdstuk komt het onderhoud van het apparaat aan de orde.