![]() ![]() ![]() | ![]() | ![]() | |
![]() | |||
![]() | |||
![]() | ![]() | ![]() | ![]() |
![]() | ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() | ![]() ![]() ![]() |
Gebruik Web Image Monitor om op te geven of het al dan niet vereist is om classificatiecodes toe te passen op afdruktaken.
De configuratiepagina kan op elk moment worden afgedrukt.
De standaardinstellingen voor de vereiste van classificatiecodes is "Optioneel".
Start Web Image Monitor.
Klik op [Inloggen].
Er verschijnt een dialoogvak voor de gebruikersnaam en het wachtwoord om in te loggen.
Voer de gebruikersnaam en het wachtwoord in om in te loggen en klik vervolgens op [Inloggen].
Raadpleeg uw netwerkbeheerder voor meer informatie over de gebruikersnaam en het wachtwoord om in te loggen.
Klik op [Configuratie] in het linkergebied en klik vervolgens op [Logboeken].
Ga na of [Vereist] of [Optioneel] werd geselecteerd bij [Classificatiecode] in de kolom [Algemene instellingen voor alle logboeken].
Indien "Vereist" wordt geselecteerd bij de vereiste voor de classificatiecode in Web Image Monitor, zullen afdruktaken waarvoor geen classificatiecode werd opgegeven, niet worden afgedrukt.
Klik op [OK].
Klik op [Uitloggen].
Sluit Web Image Monitor af.