Koptekst overslaan
 

Telnet gebruiken

Volg de onderstaande procedure om telnet te gebruiken.

Belangrijk

  • Er kan slechts één gebruiker tegelijkertijd inloggen om onderhoud van op afstand uit te voeren.

  • Als u Windows Vista gebruikt, moet u de telnet-server en de telnet-client op voorhand inschakelen.

1Gebruik het IP-adres of de hostnaam van het apparaat om telnet op te starten.

% telnet “IP address”

2Voer uw gebruikersnaam en wachtwoord in.

Raadpleeg uw netwerkbeheerder voor meer informatie over de gebruikersnaam en het wachtwoord.

Voor de gebruikersverificatie voert u een log-in gebruikersnaam en wachtwoord in.

Voor de gebruikerscodeverificatie voert u een gebruikerscode in in Gebruikerscode.

3Voer een commando in.

4Sluit telnet af.

msh> logout

Het configuratiebericht over het opslaan van de wijzigingen verschijnt.

5Voer "Ja" in om de wijzigingen op te slaan en druk vervolgens op de toets [Enter].

Als u de wijzigingen niet wilt opslaan, voer dan "Nee" in en druk op de toets [Enter]. Om nog meer wijzigingen door te voeren, geeft u "return" in in de commandoregel en drukt u vervolgens op de toets [Enter].

Opmerking

  • Als het bericht "Kan geen NVRAM-informatie schrijven" verschijnt, worden de wijzigingen niet opgeslagen. Herhaal de bovenstaande procedure.

  • Wanneer de wijzigingen worden opgeslagen, wordt de netwerkinterfacekaart automatisch opnieuw ingesteld met die wijzigingen.

  • Wanneer de netwerkinterfacekaart opnieuw wordt ingesteld, wordt de afdruktaak in verwerking afgedrukt. De afdruktaken in de wachtrij worden echter geannuleerd.