Koptekst overslaan
 

Als u geen duidelijke kopieën kunt maken

De beschrijvingen met betrekking tot kopieer- en Document Server-functies zijn bedoeld voor type 1, 2 en 3 apparaten.

Probleem

Oorzaak

Oplossing

De kopieën zijn vuil.

De beeldbelichting is te hoog.

Pas de belichtingsinstellingen aan. Voor meer informatie over belichtingsinstellingen, zie Basisbewerkingen.

De kopieën zijn vuil.

Automatische belichting is niet geselecteerd.

Selecteer [Autom. bel.] op het bedieningspaneel.

De achterzijde van een originele afbeelding is gekopieerd.

De beeldbelichting is te hoog.

Pas de belichtingsinstellingen aan. Voor meer informatie over belichtingsinstellingen, zie Basisbewerkingen.

De achterzijde van een originele afbeelding is gekopieerd.

Automatische belichting is niet geselecteerd.

Selecteer [Autom. bel.] op het bedieningspaneel.

De achterzijde van een originele afbeelding is gekopieerd.

Het origineel is dun.

Selecteer op het bedieningspaneel [Autom. bel.] of pas de belichtingsinstellingen van de afbeelding aan.

Voor meer informatie over belichtingsinstellingen, zie Basisbewerkingen.

Bij het kopiëren van originelen waar iets opgeplakt is, verschijnt een schaduw op de kopie.

De beeldbelichting is te hoog.

  • Pas de belichtingsinstellingen aan. Voor meer informatie over belichtingsinstellingen, zie Basisbewerkingen.

  • Verander de oriëntatie van het origineel.

  • Gebruik doorzichtig plakband om losse onderdelen op het origineel vast te plakken.

Er verschijnen steeds dezelfde vlekken op dezelfde plaats op elke kopie.

De glasplaat, het scanglas of de geleiderplaat van de ADF is vies.

Reinig de glasplaat, het scanglas of de geleiderplaat van de ADF. Voor meer informatie over het schoonmaken van het apparaat, zie Uw apparaat onderhouden.

Er verschijnen steeds dezelfde vlekken op dezelfde plaats op elke kopie.

  • Het origineel dat al is afgedrukt, is gescand.

  • Het type origineel is ingesteld op [Tekst/Foto] en er is een origineel geplaatst waarop de tekst en foto's nauwelijks van elkaar te onderscheiden zijn.

Op het bedieningspaneel drukt u op [Generatie] om een kopieertaak te starten.

De schaduwintensiteit van een gedeelte is anders dan die op het origineel.

Als het origineeltype voor het kopiëren op [Tekst/Foto] is ingesteld, kan de schaduwintensiteit van elke gedeelte variëren.

Op het bedieningspaneel drukt u bij origineeltypes op [Foto] of [Tekst] en dan begint u te kopiëren.

De kopieën zijn te licht.

De belichting is te licht ingesteld.

Pas de belichtingsinstellingen aan. Voor meer informatie over belichtingsinstellingen, zie Basisbewerkingen.

De kopieën zijn te licht.

Een lichte kopie kan ontstaan als u vochtig of ruw, korrelig papier gebruikt.

  • Gebruik papier dat geschikt is voor dit apparaat. Voor meer informatie over aanbevolen papier, zie Voorbereiding.

  • Gebruik papier dat is opgeslagen onder de aanbevolen temperatuur en luchtvochtigheid. Voor meer informatie over het bewaren van papier, zie Voorbereiding.

Delen van afbeeldingen worden niet gekopieerd.

Het origineel is niet correct geplaatst.

Plaats het origineel op de juiste wijze. Voor meer informatie over het plaatsen van originelen, zie Voorbereiding.

Delen van afbeeldingen worden niet gekopieerd.

Het juiste papierformaat is niet geselecteerd.

Kies het juiste papierformaat.

Delen van afbeeldingen worden niet gekopieerd.

Zelfs indien u de originelen correct in de ADF of op de glasplaat plaatst, is het mogelijk dat een marge van een paar millimeter aan alle vier de zijden niet wordt gekopieerd.

Gebruik de functie [Marge creëren] om de oorspronkelijke afbeelding te verkleinen.

Voor meer informatie over afbeeldingsgebieden die niet kunnen worden gekopieerd, zie Basisbewerkingen.

Afbeeldingen verschijnen maar gedeeltelijk.

Het papier is vochtig.

Gebruik papier dat is opgeslagen onder de aanbevolen temperatuur en luchtvochtigheid. Voor meer informatie over het bewaren van papier, zie Voorbereiding.

Er verschijnen zwarte lijnen.

De glasplaat, het scanglas of de geleiderplaat van de ADF is vies.

Reinig de glasplaat, het scanglas of de geleiderplaat van de ADF. Voor meer informatie over het schoonmaken van het apparaat, zie Uw apparaat onderhouden.

Er verschijnen witte lijnen.

De glasplaat of het scanglas is vuil.

Maak de glasplaat of het scanglas schoon. Voor meer informatie over het schoonmaken van het apparaat, zie Uw apparaat onderhouden.

Er verschijnen witte lijnen.

Als knippert, is de toner bijna op.

Vervang de tonercartridge. Voor meer informatie over het bijvullen van toner, zie Tonercartridges vervangen.

De kopieën zijn blanco.

Het origineel is niet correct geplaatst.

Plaats het origineel op de juiste wijze. Voor meer informatie over het plaatsen van originelen, zie Voorbereiding.

Er verschijnt een moiré-patroon op de kopieën.

Afbeelding van een moiré-patroon

Het origineel bevat een afbeelding bestaande uit stippen of veel lijnen.

Plaats het origineel op de glasplaat onder een kleine hoek.

Er verschijnen zwarte stippen op de kopie van een foto.

Vanwege een hoge luchtvochtigheid is de foto tegen de glasplaat blijven plakken.

  • Plaats een transparant op de glasplaat en plaats de afdruk vervolgens bovenop het transparant.

  • Plaats de afdruk op de glasplaat en leg er dan twee of drie vellen wit papier bovenop. Laat de ADF tijdens het kopiëren open staan.

Er treden geregeld papierstoringen op.

De zijafscheiding van de papierlade is te strak ingesteld.

Druk zachtjes tegen de zijafscheiding en stel deze goed in.

Witte strepen verschijnen op het transparant.

Er zitten stukjes papier vast aan het transparant.

Gebruik een droge doek om papierdeeltjes van de achterkant van het transparant weg te vegen.

De afbeelding op de achterzijde van de dubbelzijdige kopieën heeft vage blanke vlekken of is besmeurd.

Missende plekken en vegen worden veroorzaakt door vocht dat uit het papier lekt.

  • Plaats het apparaat niet in koude ruimtes.

  • Gebruik papier dat is opgeslagen in een ruimte die voldoet aan de voorschriften voor temperatuur en vochtigheid die wij aanbevelen. Voor meer informatie over de aanbevolen omstandigheden voor het bewaren van papier, zie Voorbereiding.