Voorbedrukt papier

Bij het afdrukken op voorbedrukt papier kan het voorbedrukte gebied foutief worden gedetecteerd als de papierrand en wordt papierstoringscode J097 of J098 getoond.

Voer de volgende instellingen uit:

Procedure 1: Foutief maskeren

<Als er aangepast papier wordt gebruikt>

Om de volgende instellingen aan te passen, dient u eerst het type papier dat gebruikt wordt als aangepast papier te registreren. Voor meer informatie over de registratie van aangepast papier, zie Voorbereiding.

1Selecteer in [Geavanceerde instellingen] voor het aangepaste papier 1321: [Storingsdetectie] en stel vervolgens [Stor. 097/098 detect/contr] in [Storing 080/097/098/099] in op [Uit].

<Als er geen aangepast papier wordt gebruikt>

1Stel in de groep 03 [Apparaat: Papierinvoer/Uitvoer] in het menu [Aanpassingsinstellingen voor operators] 0306: [Storing 097/098 detecteren] in op [Uit].

2Stel 0307: [Storing 097/098 controleren] in op [Uit].

Procedure 2: Voorbedrukt papier als gekleurd papier gebruiken

Voor meer informatie, zie Als (J098) wordt weergegeven.