Vorige
Wanneer u afdrukt op whiteboard-papier, mat papier, niet-gecoat papier of glanzend papier, kan de glans overmatig of ongelijk zijn.
Indien dit zich voordoet, kunt u de volgende oplossingen toepassen.
Om de volgende instellingen aan te passen, dient u eerst het type papier dat gebruikt wordt als aangepast papier te registreren. Voor meer informatie over de registratie van aangepast papier, zie Voorbereiding.
(a) Verlaag de fuseertemperatuur
Pas in [Geavanceerde instellingen] de fuseertemperatuur aan voor het aangepaste papier.
<Afdrukken in kleur>
Selecteer 1241: [Fuseertemperatuur] en verlaag vervolgens de waarde bij [Temp. hitteroller] in [Full color] met 5 °C.
<Afdrukken in zwart-wit>
Selecteer 1241: [Fuseertemperatuur] en verlaag vervolgens de waarde bij [Temp. hitteroller] van [Zwart-wit] met 5 °C.
Druk de afbeelding af. Is het probleem opgelost?
Ja | Klaar! |
Nee | Verlaag in [Temp. hitteroller], de waarde met 5 °C. |
Druk de afbeelding af. Is het probleem opgelost?
Ja | Klaar! |
Nee | Ga door naar "(b) Verlaag de maximale afbeeldingsdichtheid". |
(b) Verlaag de maximale afbeeldingsdichtheid
Ga naar de groep 02: [Apparaat: Afbeeldingskwaliteit] in het menu [Aanpassingsinstellingen voor operators] en selecteer 0202: [Maximale afbeeldingsdichtheid] en verlaag vervolgens de waarde voor alle kleuren met 1.
Druk de afbeelding af. Is het probleem opgelost?
Ja | Klaar! |
Nee | Verlaag in [Maximale afbeeldingsdichtheid], de waarde voor alle kleuren met 1. |
Druk de afbeelding af. Is het probleem opgelost?
Ja | Klaar! |
Nee | Het probleem kan niet verder worden verminderd met deze oplossing. Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger. |
