Log in door een IC-kaart boven het apparaat te houden als Snelle configuratie van kaartverificatie is ingesteld.
Als u een IC-kaart voor het apparaat houdt, houd de kaart dan conform de richting van de markering die op het label te zien is.
Houd maar één IC-kaart tegelijkertijd voor het apparaat.
Als u een IC-kaart gebruikt die gekoppeld is aan uw gebruikersnaam en wachtwoord:
Houd de IC-kaart tegen de NFC-kaartlezer rechts vooraan op de ADF.
U wordt ingelogd op het apparaat.
Als u een IC-kaart gebruikt die niet gekoppeld is aan uw gebruikersnaam en wachtwoord:
Houd de IC-kaart tegen de NFC-kaartlezer rechts vooraan op de ADF.
Het registratiescherm wordt weergegeven.
Voer de gebruikersnaam en het wachtwoord in die geregistreerd staan in het adresboek van het apparaat.
Druk op [Registreren].
Druk op [Afsluiten].
Houd hem voor de NFC-kaartlezer.
U wordt ingelogd op het apparaat.
Als een gebruiker een IC-kaart voor een apparaat houdt waarmee een andere gebruiker is ingelogd, dan wordt de eerder ingelogde gebruiker automatisch uitgelogd en de nieuwe gebruiker ingelogd.
U kunt ook inloggen op het apparaat door op [Inloggen met toetsenbord] te drukken en uw gebruikersnaam en wachtwoord in te voeren.