Dit gedeelte omschrijft de schermlay-out voor Connect copy.

[Connect copy]
Druk op deze toets om de functie Connect copy te gebruiken.
Het apparaat waarvoor u [Connect copy] indrukt, wordt het hoofdapparaat. Op het hoofdapparaat wordt [Connect copy] gehighlight tijdens Connect copy.
Papierselectie
Geeft alleen de papierlades weer waarvoor de instellingen voor papierformaat, -soort en afdrukrichting hetzelfde zijn op zowel het hoofdapparaat als het subapparaat.
Aantal originelen
Toont het aantal originelen die zijn gescand naar het geheugen van de hoofdapparaat.
Aantal sets
Geeft het aantal sets kopieën weer dat is geconfigureerd op het hoofdapparaat.
Aantal kopieën
Toont het aantal kopieën voor het hoofdapparaat.
Druk op dit vlak om het totale aantal kopieën te tonen voor twee apparaten.
Weergave van het subapparaat
Zelfs als Connect copy is geselecteerd op het hoofdapparaat, blijft het subapparaat het beginscherm van de kopieerfunctie tonen. Volg de onderstaande procedure om over te schakelen naar het beginscherm van Connect copy.
Druk op [Status controleren].
Zorg ervoor dat het tabblad [App.-/appl.status] is geselecteerd.
Druk op [Contr.] naast [Subapparaat].
![]()
De functie Connect copy is niet beschikbaar vanuit het vereenvoudigde scherm op het hoofdapparaat.