Koptekst overslaan
 

Procedure voor het coderen van PDF-bestanden (klassiek)

Stel een documentwachtwoord in om een PDF-bestand te beschermen en te coderen. Alleen gebruikers die het wachtwoord hebben, kunnen het PDF-bestand openen en decoderen.

Belangrijk

  • Codering is alleen mogelijk voor scanbestanden die via e-mail of Scannen naar map worden verzonden en worden opgeslagen op een geheugenopslagapparaat.

  • U kunt een gecodeerd bestand niet openen zonder een documentwachtwoord. Zorg ervoor dat u het wachtwoord van het bestand niet vergeet.

1Druk op [Verzend Bestandstype/naam].

Afbeelding van bedieningspaneel

2Druk op [PDF].

Selecteer indien nodig [Hoge compressie PDF].

3Druk op [Beveil.inst.].

4Controleer of het tabblad [Codering] is geselecteerd.

5In [Document coderen] drukt u op [Aan].

6Druk op [Invoeren].

7Voer een wachtwoord in en druk vervolgens op [OK].

Het hier ingevoerde wachtwoord is noodzakelijk om het PDF-bestand te kunnen openen.

8Voer het wachtwoord nogmaals in ter bevestiging en druk vervolgens op [OK].

9In [Coderingsniveau] selecteert u [40 bit RC4], [128 bit RC4], [128 bit AES] of [256 bit AES].

10Druk twee keer op [OK].

Opmerking

  • Het wachtwoord van een document mag niet hetzelfde zijn als het masterwachtwoord.

  • Wachtwoorden van documenten zijn maximaal 32 tekens lang.

  • U kunt Adobe Acrobat Reader 3.0 of 4.0 niet gebruiken om PDF-bestanden te bekijken die zijn gemaakt met [128 bit RC4]-codering.

  • PDF-bestanden die zijn gemaakt met [128 bit AES]-codering, kunt u alleen met Adobe Reader 7.0 of later bekijken.

  • PDF-bestanden die zijn gemaakt met [256 bit AES]-codering, kunt u alleen met Adobe Reader 9,0 of later bekijken.

  • Als [Alleen lage resolutie] is geselecteerd als afdruktoestemming, kunt u niet [40 bit RC4] selecteren als PDF-coderingsniveau.