Met deze procedure controleert u de bestemming of de instellingen van geheugenverzending nadat u op [Starten] hebt gedrukt (en nadat de originelen zijn gescand).
Bij gebruik van de toepassing Fax
Voor meer informatie over het gebruik van het toepassingsscherm, zie "[Fax]-scherm".
Bij gebruik van de toepassing Fax (klassiek)
Voor meer informatie over het gebruik van de klassieke faxfunctie, zie Procedure voor het controleren van bestanden in het geheugen (klassiek).