Door de afbeelding van het origineel aan te passen, kunt u instellen hoe de uiteindelijke afdruk eruit gaat zien.
De volgende vijf soorten beeldaanpassingen zijn beschikbaar:
Hard / Zacht
Deze functie past de scherpte van een afbeelding aan.
Contrast
Deze functie past het contrast van een afbeelding aan.
Achtergrondbelichting
Deze functie past de achtergrondbelichting van een afbeelding aan.
UCR aanpassen
Past de hoeveelheid zwarte toner aan waarmee de zwarte gebieden van een afbeelding levendig moeten worden weergegeven.
Tekst-/Fotogevoeligheid
Hiermee past u het standaardniveau aan voor het beoordelen van tekst en foto's in de afbeelding bij het gebruik van [Tekst/foto].
Druk op [Bewerken/Kleur].
Druk op [Kleur].
Druk op [Kleur aanpassen].
Druk op [Kopieerkwaliteit].
Pas de instellingen aan.
Druk twee keer op [OK].
Zowel [Hard / Zacht], [Contrast] als [Achtergrondbelichting] kunnen worden aangepast. Aanpassing ervan kan echter het niveau van andere aanpassingsfuncties beïnvloeden.
Als Automatisch wissen is voltooid, [Resetten] is ingedrukt of het apparaat wordt uitgezet, gaan de gewijzigde instellingen verloren en zullen de instellingen naar hun beginwaarden worden hersteld.
Verwante onderwerpen
Hard/Zacht