Dit gedeelte beschrijft de gebruikersinstellingen in het menu Instellingen papierlade onder Systeeminstellingen.
![]()
Als het opgegeven papierformaat verschilt van het papier dat in de papierlade is geplaatst, kan er een papierstoring optreden omdat het juiste papierformaat niet kan worden vastgesteld.
Papierladeprioriteit: Kopieerapparaat (Kopieerapparaat/Document Server)
Hier kunt u de lade opgeven van waaruit papier voor uitvoer moet worden aangevoerd.
Standaardinstelling: [Lade 1]
Papierladeprioriteit: Fax (Fax)
Hier kunt u de lade opgeven van waaruit papier voor uitvoer moet worden aangevoerd.
Standaardinstelling: [Lade 1]
Papierladeprioriteit: Printer (Printer)
Hier kunt u de lade opgeven van waaruit papier voor uitvoer moet worden aangevoerd.
Standaardinstelling: [Lade 1]
Papierformaat lade: Lade 2 - 3
Selecteer het formaat van het papier dat in de papierlade is geplaatst.
Voor lade 2 - 3 kunt u de volgende papierformaten instellen:
[Autodetectie]
A3
, B4 JIS
, A4
, A4
, B5 JIS
, B5 JIS
, A5
, A5
,B6 JIS
, A6
, SRA3
, SRA4
, SRA4
, 13 × 191/5
, 13 × 19
,13 × 18
, 123/5 × 191/5
, 123/5 × 181/2
, 12 × 18
, 11 × 17
, 11 × 15
,11 × 14
, 10 × 15
, 10 × 14
, 81/2 × 14
, 81/2 × 132/5
, 81/2 × 13
,81/2 × 11
, 81/2 × 11
, 81/4 × 14
, 81/4 × 13
, 8 × 13
, 71/4 × 101/2
,71/4 × 101/2
, 51/2 × 81/2
, 51/2 × 81/2
, 41/8 × 91/2
, C5 Env.
, C5 Env.
,C6 Env.
, DL Env.
, 8K
, 16K
, 16K
[Aangepast formaat]
Standaardinstelling: [Autodetectie]
U kunt een aangepast formaat opgeven tussen 100,0 - 330,2 mm verticaal (3,94 - 13,00 inch) en tussen 139,7 - 487,7 mm horizontaal (5,50 - 19,20 inch).
Voor meer informatie over automatische detectie van het papierformaat, zie de handleiding Over dit apparaat.
Printer handinvoer papierformaat
Selecteer het formaat van het papier dat in de handinvoerlade is geplaatst.
De papierformaten die u in de handinvoer kunt plaatsen, zijn:
[Autodetectie]
A3
, B4 JIS
, A4
, A4
, B5 JIS
, B5 JIS
, A5
, A5
, B6 JIS
,A6
, SRA3
, SRA4
, SRA4
, 13 × 191/5
, 13 × 19
, 13 × 18
,123/5 × 191/5
, 123/5 × 181/2
, 12 × 18
, 11 × 17
, 11 × 15
, 11 × 14
,10 × 15
, 10 × 14
, 81/2 × 14
, 81/2 × 132/5
, 81/2 × 13
, 81/2 × 11
,81/2 × 11
, 81/4 × 14
, 81/4 × 13
, 8 × 13
, 71/4 × 101/2
, 71/4 × 101/2
,51/2 × 81/2
, 51/2 × 81/2
, 41/8 × 91/2
, 41/8 × 91/2
, 37/8 × 71/2
, 37/8 × 71/2
,C5 Env.
, C5 Env.
, C6 Env.
, DL Env.
, DL Env.
[Aangepast formaat]
Standaardinstelling: [Autodetectie]
De papierformaten 37/8 × 71/2
en 37/8 × 71/2
kunnen alleen geselecteerd worden als de kopieerlade, Finisher SR4120, of Booklet Finisher SR4130 opgegeven is als uitvoerlade.
De papierformaten 41/8 × 91/2
en DL Env.
kunnen alleen geselecteerd worden als de kopieerlade geselecteerd is als uitvoerlade.
Als Finisher SR4110 is geïnstalleerd, kunnen de volgende papierformaten niet worden geselecteerd:
41/8 × 91/2
, 41/8 × 91/2
, C6 Env.
, DL Env.
, DL Env.![]()
Als Finisher SR4110, vouweenheid of meerdere gaten perforeereenheid is geïnstalleerd, kunt u verticaal geen aangepast formaat van 90 – 100 mm of minder opgeven.
U kunt een aangepast formaat opgeven tussen 90,0 - 330,2 mm verticaal (3,55 - 13,00 inch) en tussen 139,7 - 487,7 mm horizontaal (5,50 - 19,20 inch).
Om te zorgen dat gebruikers een horizontale afmeting van 487,8 - 1260 mm kunnen opgeven in "Aangepast formaat", moet de kopieerlade, Finisher SR4110, Finisher SR4120 of Booklet Finisher SR4130 opgegeven zijn als uitvoerlade. Voor meer informatie over het opgeven van papierformaten dient u contact op te nemen met uw verkoop- of servicevertegenwoordiger.
Voor meer informatie over automatische detectie van het papierformaat, zie de handleiding Over dit apparaat.
Papierformaat lade: Bovenste lade tussenvoegeenheid, Onderste lade (als de dubbele tussenvoegeenheid is geïnstalleerd)
Geef het formaat op van het papier dat in de dubbele toevoegeenheid geplaatst is.
Voor de dubbele tussenvoegeenheid kunt u de volgende papierformaten instellen:
[Autodetectie]
A3
, B4 JIS
, A4
, A4
, B5 JIS
, B5 JIS
, A5
, A5
,SRA3
, SRA4
, SRA4
, 13 × 191/5
, 13 × 19
, 13 × 18
, 123/5 × 191/5
,123/5 × 181/2
, 12 × 18
, 11 × 17
, 11 × 15
, 11 × 14
, 10 × 15
, 10 × 14
,81/2 × 14
, 81/2 × 13
, 81/2 × 132/5
, 81/2 × 11
, 81/2 × 11
, 81/4 × 14
,81/4 × 13
, 8 × 13
, 71/4 × 101/2
, 71/4 × 101/2
, 51/2 × 81/2
, 51/2 × 81/2
,8K
, 16K
, 16K
[Aangepast formaat]
Standaardinstelling: [Autodetectie]
U kunt een aangepast formaat opgeven tussen 139,7 - 330,2 mm verticaal (5,50 - 13,00 inch) en tussen 139,7 - 487,7 mm horizontaal (5,50 - 19,20 inch).
Voor meer informatie over automatische detectie van het papierformaat, zie de handleiding Over dit apparaat.
Papierformaat lade: LCT (als de grote LCT is geïnstalleerd)
Geef het formaat op van het papier dat in de brede LCT is geplaatst.
De papierformaten die u kunt instellen voor de grote LCT zijn de volgende:
[Autodetectie]
A3
, B4 JIS
, A4
, A4
, B5 JIS
, B5 JIS
, A5
, A5
, B6 JIS
,A6
, SRA3
, SRA4
, SRA4
, 13 × 191/5
, 13 × 19
, 13 × 18
,123/5 × 191/5
, 123/5 × 181/2
, 12 × 18
, 11 × 17
, 11 × 15
, 11 × 14
,10 × 15
, 10 × 14
, 81/2 × 14
, 81/2 × 13
, 81/2 × 132/5
, 81/2 × 11
, 81/2 × 11
,81/4 × 14
, 81/4 × 13
, 8 × 13
, 71/4 × 101/2
, 71/4 × 101/2
, 51/2 × 81/2
,51/2 × 81/2
, 41/8 × 91/2
, C5 Env.
, C5 Env.
, C6 Env.
, DL Env.
,8K
, 16K
, 16K
[Aangepast formaat]
Standaardinstelling: [Autodetectie]
Als u papierformaat B6 JIS
, A6
, 41/8 × 91/2
, C6 Env.
of DL Env.
gebruikt, is de geleider voor ansichtkaarten nodig.
Als u een aangepast formaat tussen 100 en 139,2 mm verticaal opgeeft, is de afscheiding voor briefkaarten vereist.
Als Finisher SR4110 is geïnstalleerd, kunnen de volgende papierformaten niet worden geselecteerd:
41/8 × 91/2
, C6 Env.
, DL Env.![]()
U kunt een aangepast formaat opgeven tussen 100,0 - 330,2 mm verticaal (3,94 - 13,00 inch) en tussen 139,7 - 487,7 mm horizontaal (5,50 - 19,20 inch).
Voor meer informatie over automatische detectie van het papierformaat, zie de handleiding Over dit apparaat.
Papiertype: Handinvoer
Stel het display in zodat u kunt zien welk papiertype in de Handinvoer is geplaatst.
De papiersoorten die u in de handinvoer kunt plaatsen, zijn:
[Normaal: Verborgen], [Gerecycl. pap.], [Gekleurd papier], [Briefpapier], [Etiketten], [Kalkpapier], [Voorbedrukt papier], [Bankpost], [Karton], [Voorgeperforeerd papier], [Speciaal papier 1], [Speciaal papier 2], [Speciaal papier 3], [Envelop], [Tabblad], [Gecoat: Hoogglans], [Gecoat: Mat], [Gecoat: Glanz.]
De papierdikten die u in de handinvoer kunt plaatsen, zijn:
[Dun papier] (52,3 - 65,9 g/m2, 14,0 – 17,9 lb. bankpost)
[Normaal papier 1] (66 - 80,9 g/m2, 18,0 – 21,9 lb. bankpost)
[Normaal papier 2] (81 - 100,9 g/m2, 22,0 – 27,0 lb. bankpost)
[Medium dik] (101 - 127,4 g/m2, 27,1 lb. bankpost – 46,9 lb. voorblad)
[Dik papier 1] (127,5 - 150 g/m2, 47,0 – 55,0 lb. voorblad)
[Dik papier 2] (150,1 - 216 g/m2, 55,1 – 79,9 lb. voorblad)
[Dik papier 3] (216,1 - 256 g/m2, 80,0 lb. voorblad – 141,0 lb. index)
[Dik papier 4] (256,1 - 300 g/m2, 141,1 – 165,0 lb. index)
Standaardinstelling voor "Papiertype": [Normaal: Verborgen]
Standaardinstelling voor "Papierdikte" is [Norm. pap. 1].
Standaardinstelling voor "Duplex toepassen" is [Ja].
Standaardinstelling voor "Autopapierselec. toepassen" is [Nee].
Als [Kalkpapier] is geselecteerd bij "Papiertype", is alleen"[Dun papier]" beschikbaar.
Als [Envelop] is geselecteerd voor "Papiertype", worden [Dun papier], [Normaal papier 1], [Normaal papier 2], [Medium dik] en [Dik papier 1] niet weergegeven.
Afhankelijk van het geselecteerde papiertype, variëren een aantal van de standaard papierdiktes als volgt:
[Tabblad]: [Dik papier 1]
[Envelop]: [Dik papier 2]
Er verschijnt een slotje naast de papierlade als u [Nee] heeft geselecteerd in "Autopapierselec. toepassen".
Onder de kopieerfunctie is "Autopapierselec. toepassen" alleen beschikbaar als [Normaal: Verborgen] of [Gerecycled pap.] als papiertype is geselecteerd. "Autopapierselec. toepassen" is niet beschikbaar als deze instelling of "Duplex toepassen" is ingesteld op [Nee] of als [Aangepast formaat] als papierformaat is geselecteerd.
Voor meer informatie over de verhoudingen tussen mogelijke papierformaten en papierdikten, zie de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen.
Voor meer informatie over de aanbevolen omstandigheden bij het gebruik van dik papier, zie de handleiding Papierspecificaties en papier bijvullen.
Papiertype: Lade 1
Stel het display zodanig in dat u kunt zien welk papiertype in papierlade 1 is geplaatst.
De informatie wordt door de printer gebruikt om automatisch de lade met het geschikte papier te kiezen.
De papiertypen die u kunt instellen voor lade 1 zijn als volgt:
[Niet weergeven], [Gerecycl. pap.], [Gekleurd papier], [Briefpapier], [Voorbedrukt papier], [Bankpost], [Karton], [Voorgeperforeerd papier], [Speciaal papier 1], [Speciaal papier 2], [Speciaal papier 3]
De papierdiktes die u kunt instellen voor lade 1 zijn als volgt:
[Dun papier] (52,3 - 65,9 g/m2, 14,0 – 17,9 lb. bankpost)
[Normaal papier 1] (66 - 80,9 g/m2, 18,0 – 21,9 lb. bankpost)
[Normaal papier 2] (81 - 100,9 g/m2, 22,0 – 27,0 lb. bankpost)
[Medium dik] (101 - 127,4 g/m2, 27,1 lb. bankpost – 46,9 lb. voorblad)
[Dik papier 1] (127,5 - 150 g/m2, 47,0 – 55,0 lb. voorblad)
[Dik papier 2] (150,1 - 216 g/m2, 55,1 – 79,9 lb. voorblad)
[Dik papier 3] (216,1 - 256 g/m2, 80,0 lb. voorblad – 141,0 lb. index)
Standaardinstelling voor "Papiertype" is [Niet weergeven].
Standaardinstelling voor "Papierdikte" is [Norm. pap. 1].
Standaardinstelling voor "Duplex toepassen" is [Ja].
Standaardinstelling voor "Autopapierselec. toepassen" is [Ja].
Onder de kopieerfunctie is "Autopapierselec. toepassen" alleen beschikbaar als [Niet weergeven] of [Gerecycled pap.] als papiertype is geselecteerd. "Autopapierselec. toepassen" is niet beschikbaar als deze instelling of "Duplex toepassen" is ingesteld op [Nee].
Voor meer informatie over de verhoudingen tussen mogelijke papierformaten en papierdikten, zie de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen.
Voor meer informatie over de aanbevolen omstandigheden bij het gebruik van dik papier, zie de handleiding Papierspecificaties en papier bijvullen.
Papiertype: Lade 2 - 3
Stel het scherm zo in dat u kunt zien welk papiertype in lade 2 - 3 is geplaatst.
De informatie wordt door de printer gebruikt om automatisch de lade met het geschikte papier te kiezen.
De papiertypen die u kunt instellen voor lade 2 - 3 zijn als volgt:
[Niet weergeven], [Gerecycl. pap.], [Gekleurd papier], [Briefpapier], [Voorbedrukt papier], [Bankpost], [Karton], [Voorgeperforeerd papier], [Speciaal papier 1], [Speciaal papier 2], [Speciaal papier 3], [Envelop], [Tabblad]
De papierdikten die u kunt instellen voor lade 2-3 zijn als volgt:
[Dun papier] (52,3 - 65,9 g/m2, 14,0 – 17,9 lb. bankpost)
[Normaal papier 1] (66 - 80,9 g/m2, 18,0 – 21,9 lb. bankpost)
[Normaal papier 2] (81 - 100,9 g/m2, 22,0 – 27,0 lb. bankpost)
[Medium dik] (101 - 127,4 g/m2, 27,1 lb. bankpost – 46,9 lb. voorblad)
[Dik papier 1] (127,5 - 150 g/m2, 47,0 – 55,0 lb. voorblad)
[Dik papier 2] (150,1 - 216 g/m2, 55,1 – 79,9 lb. voorblad)
[Dik papier 3] (216,1 - 256 g/m2, 80,0 lb. voorblad – 141,0 lb. index)
Standaardinstelling voor "Papiertype" is [Niet weergeven].
Standaardinstelling voor "Papierdikte" is [Norm. pap. 1].
Standaardinstelling voor "Duplex toepassen" is [Ja].
Standaardinstelling voor "Autopapierselec. toepassen" is [Ja].
Als [Envelop] is geselecteerd voor "Papiertype", worden [Dun papier], [Normaal papier 1], [Normaal papier 2], [Medium dik] en [Dik papier 1] niet weergegeven.
Afhankelijk van het geselecteerde papiertype, variëren een aantal van de standaard papierdiktes als volgt:
[Tabblad]: [Dik papier 1]
[Envelop]: [Dik papier 2]
Er verschijnt een slotje naast de papierlade als u [Nee] heeft geselecteerd in "Autopapierselec. toepassen".
Onder de kopieerfunctie is "Autopapierselec. toepassen" alleen beschikbaar als [Niet weergeven] of [Gerecycled pap.] als papiertype is geselecteerd. "Autopapierselec. toepassen" is niet beschikbaar als deze instelling of "Duplex toepassen" is ingesteld op [Nee] of als [Aangepast formaat] als papierformaat is geselecteerd.
Voor meer informatie over de verhoudingen tussen mogelijke papierformaten en papierdikten, zie de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen.
Voor meer informatie over de aanbevolen omstandigheden bij het gebruik van dik papier, zie de handleiding Papierspecificaties en papier bijvullen.
Papiertype: LCT (indien de LCT is geïnstalleerd)
Stel het display zodanig in dat u kunt zien welk papiertype in de LCT is geplaatst.
De informatie wordt door de printer gebruikt om automatisch de lade met het geschikte papier te kiezen.
De papiertypen die u kunt instellen voor de LCT zijn de volgende:
[Niet weergeven], [Gerecycl. pap.], [Gekleurd papier], [Briefpapier], [Voorbedrukt papier], [Bankpost], [Karton], [Voorgeperforeerd papier], [Speciaal papier 1], [Speciaal papier 2], [Speciaal papier 3]
De papierdiktes die u kunt instellen voor de LCT zijn de volgende:
[Dun papier] (52,3 - 65,9 g/m2, 14,0 – 17,9 lb. bankpost)
[Normaal papier 1] (66 - 80,9 g/m2, 18,0 – 21,9 lb. bankpost)
[Normaal papier 2] (81 - 100,9 g/m2, 22,0 – 27,0 lb. bankpost)
[Medium dik] (101 - 127,4 g/m2, 27,1 lb. bankpost – 46,9 lb. voorblad)
[Dik papier 1] (127,5 - 150 g/m2, 47,0 – 55,0 lb. voorblad)
[Dik papier 2] (150,1 - 216 g/m2, 55,1 – 79,9 lb. voorblad)
Standaardinstelling voor "Papiertype" is [Niet weergeven].
Standaardinstelling voor "Papierdikte" is [Norm. pap. 1].
Standaardinstelling voor "Duplex toepassen" is [Ja].
Voor meer informatie over de verhoudingen tussen mogelijke papierformaten en papierdikten, zie de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen.
Voor meer informatie over de aanbevolen omstandigheden bij het gebruik van dik papier, zie de handleiding Papierspecificaties en papier bijvullen.
Papiertype: LCT (indien de grote LCT is geïnstalleerd)
Stel het display zodanig in dat u kunt zien welk papiertype in de grote LCT is geplaatst.
De papiertypen die u kunt instellen voor de grote LCT zijn de volgende:
[Niet weergeven], [Gerecycl. pap.], [Gekleurd papier], [Briefpapier], [Etiketten], [Kalkpapier], [Voorbedrukt papier], [Bankpost], [Karton], [Voorgeperforeerd papier], [Speciaal papier 1], [Speciaal papier 2], [Speciaal papier 3], [Envelop], [Gecoat: Hoogglans], [Gecoat: Glanz.], [Gecoat: Mat], [Tabblad]
De papierdiktes die u kunt instellen voor de grote LCT zijn de volgende:
[Dun papier] (52,3 - 65,9 g/m2, 14,0 – 17,9 lb. bankpost)
[Normaal papier 1] (66 - 80,9 g/m2, 18,0 – 21,9 lb. bankpost)
[Normaal papier 2] (81 - 100,9 g/m2, 22,0 – 27,0 lb. bankpost)
[Medium dik] (101 - 127,4 g/m2, 27,1 lb. bankpost – 46,9 lb. voorblad)
[Dik papier 1] (127,5 - 150 g/m2, 47,0 – 55,0 lb. voorblad)
[Dik papier 2] (150,1 - 216 g/m2, 55,1 – 79,9 lb. voorblad)
[Dik papier 3] (216,1 - 256 g/m2, 80,0 lb. voorblad – 141,0 lb. index)
[Dik papier 4] (256,1 - 300 g/m2, 141,1 – 165,0 lb. index)
Standaardinstelling voor "Papiertype" is [Niet weergeven].
Standaardinstelling voor "Papierdikte" is [Norm. pap. 1].
Standaardinstelling voor "Duplex toepassen" is [Ja].
Standaardinstelling voor "Autopapierselec. toepassen" is [Ja].
Als [Kalkpapier] is geselecteerd bij "Papiertype", is alleen"[Dun papier]" beschikbaar.
Als [Envelop] is geselecteerd voor "Papiertype", worden [Dun papier], [Normaal papier 1], [Normaal papier 2], [Medium dik] en [Dik papier 1] niet weergegeven. Daarnaast moet de papierdikte, het aantal geplaatste vellen en de papierinvoerrichting opgegeven worden.
Als [Gecoat: Hoogglans], [Gecoat: Glanz.], or [Gecoat: Mat] geselecteerd is voor "Papiertype", dan wordt [Dun papier] niet weergegeven.
Als u [Gecoat: Hoogglans], [Gecoat: Glanz.] of [Gecoat: Mat] selecteert, gebruik dan papier met een papierdikte van 73,3 g/m2 of meer.
Afhankelijk van het geselecteerde papiertype, variëren een aantal van de standaard papierdiktes als volgt:
[Tabblad]: [Dik papier 1]
[Envelop]: [Dik papier 2]
Er verschijnt een slotje naast de papierlade als u [Nee] heeft geselecteerd in "Autopapierselec. toepassen".
Onder de kopieerfunctie is "Autopapierselec. toepassen" alleen beschikbaar als [Niet weergeven] of [Gerecycled pap.] als papiertype is geselecteerd. "Autopapierselec. toepassen" is niet beschikbaar als deze instelling of "Duplex toepassen" is ingesteld op [Nee] of als [Aangepast formaat] als papierformaat is geselecteerd.
Voor meer informatie over de verhoudingen tussen mogelijke papierformaten en papierdikten, zie de handleiding Papierspecificaties en papier toevoegen.
Voor meer informatie over de aanbevolen omstandigheden bij het gebruik van dik papier, zie de handleiding Papierspecificaties en papier bijvullen.
Voorbladlade
Hiermee kunt u opgeven en weergeven vanuit welke lade u voorbladen invoegt.
Nadat u de papierlade heeft geselecteerd, kunt u ook de weergavetijd en de kopieermethode voor dubbelzijdige kopieën kiezen.
Standaardinstelling: [Uit]
Als u deze instelling inschakelt, let dan op het volgende:
Wanneer [Modus geselecteerd] is geselecteerd bij "Weergavetijd", verschijnen de instellingen voor de kaftbladlade alleen wanneer de voor- of achterbladfunctie of tussenbladfunctie is geselecteerd. Wanneer [Altijd] is geselecteerd, wordt de voorbladlade altijd weergegeven.
Achterbladlade
Geef op uit welke papierlade u de achterbladen wilt laden en controleer of een bevestiging van uw instelling weergegeven wordt. Wanneer u de lade heeft geselecteerd, geef dan de bevestigingstijd en de kopieermethode voor tweezijdig kopiëren op.
Standaardinstelling: [Uit]
Wanneer [Modus geselecteerd] is geselecteerd, verschijnen de instellingen voor de tussenbladlade alleen wanneer de voor- of achterbladfunctie of tussenbladfunctie is geselecteerd.
Wanneer [Altijd] is geselecteerd, wordt de achterbladlade altijd weergegeven.
Tussenbladlade
U kunt opgeven en weergeven welke lade wordt gebruikt om tussenbladen in te voegen.
U kunt ook de weergavetijd en de kopieermethode voor dubbelzijdige kopieën opgeven.
Standaardinstelling: [Uit]
Als u deze instelling inschakelt, let dan op het volgende:
Wanneer [Modus geselecteerd] is geselecteerd bij "Weergavetijd", verschijnen de instellingen voor de tussenbladlade alleen wanneer de voorbladfunctie of tussenbladfunctie is geselecteerd. Wanneer [Altijd] is geselecteerd, wordt de tussenbladlade altijd weergegeven.
Scheidingsvel lade
U kunt opgeven en weergeven welke lade wordt gebruikt om scheidingsvellen in te voegen.
U kunt ook de weergavetijd instellen.
Standaardinstelling: [Uit]
Als u deze instelling inschakelt, let dan op het volgende:
Wanneer [Modus geselecteerd] is geselecteerd bij "Weergavetijd", verschijnen de instellingen voor de scheidingsvellade alleen wanneer de scheidingsvelfunctie is geselecteerd. Wanneer [Altijd] is geselecteerd, wordt de scheidingsvellade altijd weergegeven.
Lade Tussenvoegvel 1, Lade Tussenvoegvel 2, Tus.vgvel 3 lade, Tus.vgvel 4 lade, Tus.vgvel 5 lade, Tus.vgvel 6 lade, Tus.vgvel 7 lade
Geef op uit welke papierlade u de tussenbladen voor de hoofdstukken wilt plaatsen en controleer of een bevestiging voor uw instelling wordt weergegeven. Wanneer u de lade heeft geselecteerd, geef dan de bevestigingstijd en de kopieermethode voor tweezijdig kopiëren op.
Standaardinstelling: [Uit]
Wanneer [Modus geselecteerd], is geselecteerd, worden de instellingen Lade Tussenvoegvel 1, Lade Tussenvoegvel 2, Tus.vgvel 3 lade, Tus.vgvel 4 lade, Tus.vgvel 5 lade, Tus.vgvel 6 lade of Tus.vgvel 7 lade alleen weergegeven als de voor- of achterbladfunctie, scheidingsvelfunctie of tussenvoegfunctie is geselecteerd.
Wanneer [Altijd] is geselecteerd, wordt Lade Tussenvoegvel 1, Lade Tussenvoegvel 2, Tus.vgvel 3 lade, Tus.vgvel 4 lade, Tus.vgvel 5 lade, Tus.vgvel 6 lade of Tus.vgvel 7 lade altijd weergegeven.
Dubbele invoer detecteren
Stel in of de dubbele invoer voor elke lade wordt gedetecteerd.
Standaardinstelling: [Aan]
Autom. detectie: Schak. tus. Legal/Oficio form.detec.
Geef op welk papierformaat het apparaat automatisch detecteert, Legal of Oficio.
Standaardinstelling: [Legal (81/2 × 14)]
![]()
De papiergeleide voor lade 1 en de LCT is vast voor het opgegeven papierformaat. Neem contact op met uw verkoopvertegenwoordiger als u het papierformaat moet wijzigen.
Functie die de instellingen voor de voorbladlade gebruiken zijn de voorbladfunctie en de voor-/achterbladfunctie.
De functie voor het gebruik van Lade Tussenvoegvel 1, Lade Tussenvoegvel 2, Tus.vgvel 3 lade, Tus.vgvel 4 lade, Tus.vgvel 5 lade, Tus.vgvel 6 lade of Tus.vgvel 7 is Tussenvoegen.
Voor meer informatie over toegang tot de Systeeminstellingen, zie Openen van Gebruikerstools.

