Koptekst overslaan
 

Beheerdersrechten instellen

Als u beheerdersverificatie wilt opgeven, stelt u "Management beheerdersverificatie" in op [Aan]. Als deze instelling is ingeschakeld, kunnen beheerders alleen instellingen configureren die aan hen zijn toegewezen.

Gebruik de standaard gebruikersnaam en het standaard wachtwoord voor inloggen wanneer u als beheerder wilt inloggen.

Voor meer informatie over het in- en uitloggen met beheerdersverificatie, zie Inlogmethode voor beheerder en Uitlogmethode voor beheerder.

Belangrijk

  • Als u "Management beheerdersverificatie" heeft ingeschakeld, moet u de log-in gebruikersnaam en het log-in wachtwoord van de beheerder niet vergeten. Wanneer u een log-in gebruikersnaam of log-in wachtwoord van de beheerder vergeet, moet een nieuw wachtwoord door de supervisor worden aangemaakt. Voor meer informatie over supervisorrechten, zie Supervisor.

1Druk op de [User Tools]-knop.

2Selecteer het type beheerdersverificatie dat u wilt configureren.

[Systeeminstellingen] [Beheerdertoepas.] [Beheerdersverificatiebeheer] [Gebruikersbeheer], [Apparaatbeheer], [Netwerkbeheer] of [Bestandsbeheer]

3Druk op [Aan] en selecteer dan de instellingen die beheerd dienen te worden.

Afbeelding van bedieningspaneel

De geselecteerde instellingen kunnen niet door gebruikers worden gewijzigd.

De beschikbare instellingen zijn afhankelijk van het soort beheerder.

Als u beheerdersverificatie voor meerdere categorieën wilt opgeven, herhaalt u stap 2 t/m 3.

4Druk op [OK].

5Druk op de [User Tools]-knop.

6Log uit.

Opmerking

  • U kunt dit ook met Web Image Monitor instellen. Voor meer informatie, zie de Help-functie van Web Image Monitor.