Vorige
SmartDeviceMonitor for Client is uitgerust met de volgende functies. We raden alle gebruikers van deze printer aan om deze software te installeren.
U kunt SmartDeviceMonitor for Client via de website van de fabrikant downloaden en op uw computer installeren. Neem contact op met uw dealer voor informatie over het downloaden van SmartDeviceMonitor for Client.
Protocolstack
Besturingssysteem |
Protocolstapel |
|---|---|
Microsoft Windows Server 2003/2003 R2 |
TCP/IP geleverd bij Windows Server 2003/2003 R2 |
Microsoft Windows Vista, Windows Server 2008 |
TCP/IP geleverd bij Windows Vista, Windows Server 2008 |
Microsoft Windows 7, Windows Server 2008 R2 |
TCP/IP geleverd bij Windows 7, Windows Server 2008 R2 |
Microsoft Windows 8, Windows Server 2012 |
TCP/IP geleverd bij Windows 8, Windows Server 2012 |
Microsoft Windows 8,1, Windows Server 2012 R2 |
TCP/IP geleverd bij Windows 8,1, Windows Server 2012 R2 |
Wat kan het?
Peer-to-Peer-afdrukfunctie
Druk rechtstreeks op de netwerkprinter af zonder afdrukserver.
Druk af op een vervangingsprinter als er te veel taken in de opgegeven printer samenkomen of als afdrukken onmogelijk is door een fout (Herstelafdrukken).
Wijs meerdere afdrukken toe aan meerdere printers (Parallel afdrukken).
Voer een voorafgaande groepsregistratie uit van printers die opgegeven zijn voor Herstelafdrukken / Parallel afdrukken.
Meldingsfunctie
Geef een foutbericht weer als zich een fout voordoet op de opgegeven printer tijdens het verzenden of afdrukken van gegevens.
Open een venster om u in te lichten dat het afdrukken voltooid is. U kunt ook selecteren om te worden ingelicht over de afdrukstatus, bijvoorbeeld de melding enkel weergeven wanneer Herstelafdrukken wordt uitgevoerd.
Geef na het afdrukken een bericht weer dat het afdrukken voltooid is.
Geef een foutbericht weer als zich een fout voordoet tijdens het afdrukken of het verzenden van een afdruktaak.
Bewakingsfunctie
Controleer de apparatuur via uw computer om informatie te krijgen over afdrukken, papierniveau enz.
Tegelijkertijd meerdere printers bewaken die in gebruik zijn.
Controleer de netwerkinstellingen van de printer en gedetailleerde informatie over de apparaten.
Controleer het logboek van afdruktaken met behulp van de gebruikers-ID.
Ontvang de rapporten van de voltooiing van afdruktaken en de opslag van documenten met behulp van de printerfunctie en de voltooiing van afdruktaken.
Geef maximum 100 afdruktaken weer.
Herstelafdrukken / Parallel afdrukken kan alleen worden uitgevoerd met een apparaat van hetzelfde model als dit apparaat.
Geef dezelfde instellingen op voor de optieconfiguratie van de printer voor Herstelafdrukken / Parallel afdrukken en de printer om afdrukcommando's te geven. Indien de opties die nodig zijn voor het afdrukken, zoals de papierinvoereenheid, niet op de vervangingsprinter zijn geïnstalleerd, worden die functies uitgeschakeld.
Laad papier van hetzelfde formaat in zowel de printer voor Herstelafdrukken / Parallel afdrukken als de printer om afdrukcommando's te geven.
Als het type en het apparaat van de printer voor Herstelafdrukken / Parallel afdrukken en de printer om commando's te geven verschillen, dan is het mogelijk dat de afdrukresultaten niet identiek zijn.
Als u Test afdruk of Beveiligde afdruk selecteert, kunt u Herstelafdrukken / Parallel afdrukken niet uitvoeren.
Raadpleeg de Help van SmartDeviceMonitor for Client voor meer informatie over het gebruik van Herstelafdrukken/Parallel afdrukken.
Om de status van de apparaten te bekijken met behulp van SmartDeviceMonitor for Client moet u vooraf SmartDeviceMonitor for Client configureren, zodat deze de printer controleert waarvan u de status wilt bekijken.
De Netwerkcontrolefunctie instellen
Start SmartDeviceMonitor for Client.
Het pictogram SmartDeviceMonitor for Client verschijnt uiterst rechts in de taakbalk.
Klik met de rechtermuisknop op het pictogram SmartDeviceMonitor for Client.
Ga naar [Eigenschappen] en klik vervolgens op [Apparaatinstellingen controleren...].
Het dialoogvenster [SmartDeviceMonitor for Client – Opties] verschijnt.
Selecteer de te controleren printer en selecteer vervolgens het selectievakje [Te controleren].
Als u de selectievakjes [Weergeven in taakbalkmenu] en [Weergegeven op taakbalk] aanvinkt, zal de status van een printer via het SmartDeviceMonitor for Client pictogram op de taakbalk verschijnen.
Klik op [OK].
Het dialoogvenster wordt gesloten en de geselecteerde printer wordt gecontroleerd.
Volg de onderstaande procedure om de printerstatus te controleren met SmartDeviceMonitor for Client.
De status van apparaten weergeven
Start SmartDeviceMonitor for Client.
De status van printers wordt weergegeven in het pictogram SmartDeviceMonitor for Client op de taakbalk.
Raadpleeg de Help-functie van SmartDeviceMonitor for Client voor meer informatie over statuspictogrammen.
Klik met de rechtermuisknop op het pictogram SmartDeviceMonitor for Client voor meer informatie over de status. Selecteer vervolgens SmartDeviceMonitor for Client - Statuslijst.
De status van de printer wordt weergegeven in het dialoogvenster.
Raadpleeg de Help van SmartDeviceMonitor for Client voor meer informatie over de items in het dialoogvenster.
