Koptekst overslaan
 

Originelen plaatsen

Hoe moet u originelen plaatsen?

Plaats het origineel op de glasplaat of in de ADF.

  • Originelen plaatsen op de glasplaat

    Regio A pictogram(voornamelijk in Europa en Azië)

    Zie Papierspecificaties en papier bijvullen voor meer informatie.

    Regio B pictogram(voornamelijk in Noord-Amerika)

    Zie Papierspecificaties en papier bijvullen voor meer informatie.

  • Het plaatsen van originelen in de ADF

    Zie Papierspecificaties en papier bijvullen voor meer informatie.

Richting waarin het origineel moet worden geplaatst

Plaats originelen in de liggende richting ((Liggend) als het formaat van het origineel A4, 81/2 × 11 of groter is.

Plaats originelen in de staande richting (Staand) als het formaat van het origineel kleiner is dan A4 of 81/2 × 11.

Origineelformaat

Op de glasplaat plaatsen

In de ADF plaatsen

A3, A4, B4 JIS, 11 × 17, 81/2 × 14, 81/2 × 11

Deze illustratie toont het plaatsen op de glasplaat

Deze illustratie toont het plaatsen in de ADF

B5 JIS, A5, 51/2 × 81/2

Deze illustratie toont het plaatsen op de glasplaat

Deze illustratie toont het plaatsen in de ADF

Aanbevolen soorten originelen

Zie Papierspecificaties en papier bijvullen voor meer informatie over de formaten die u op de glasplaat of in de ADF kunt plaatsen en de formaten die automatisch door het apparaat worden herkend.

Opmerking

  • Bij het verzenden van een fax is de beelduitvoer aan de andere kant afhankelijk van het formaat en de richting van het papier dat wordt gebruikt in het apparaat van de ontvanger. Als de ontvanger geen papier van hetzelfde formaat en dezelfde richting gebruikt als dat van het origineel, wordt het faxbeeld mogelijk verkleind, aan beide kanten bijgesneden of over twee of meer vellen verdeeld. Vraag bij het verzenden van een belangrijk orgineel de ontvanger om het formaat en de richting van het papier in zijn of haar apparaat.

  • Originelen met ongelijkmatig (aangepast) formaat worden gescand als originelen met normaal formaat, waardoor bij de ontvanger extra witmarges of ontbrekende randen van originelen te zien kunnen zijn. Wanneer een origineel met een ongelijkmatig (bijv. aangepast) formaat of een deel van een groot origineel wordt verzonden, kunt u het scangebied nauwkeurig opgeven. Wanneer u een scangebied opgeeft, wordt alleen dat gebied gescand, ongeacht het feitelijke formaat van het origineel. Voor meer informatie over het opgeven van het scangebied, zie Scanformaat.

  • Als een origineel 420 mm (16,6 inch) of langer is, scan het origineel dan met de ADF in combinatie met een van de volgende instellingen. Als deze instellingen worden geactiveerd, zullen orginelen ingevoerd blijven worden, zelfs als er papierstoringen plaatsvinden.

    • Geef een scangebied op (tot 1200 mm (47,3 inch)) onder [Scanformaat]. Voor meer informatie over het opgeven van het scangebied, zie Scanformaat.

    • U kunt opgeven of u lange originelen wel/niet wilt scannen in Gebruikerparameter (schakelaar 14, bit 1) van het menu Faxeigenschappen. Als u lange originelen wilt scannen, stel de Gebruikerparameter dan in op "Aan" (schakelaar 14, bit 1). Zie Parameterinstellingen.

  • Documenten van 800 mm (32 inch) of langer moeten worden verzonden via Geheugenverzending. De mogelijkheid van Direct verzenden is afhankelijk van de resolutie-instellingen en de apparaatinstellingen van de ontvanger.

  • Wanneer een origineel vastloopt, drukt u op de [Stoppen]-knop en verwijdert u het origineel voorzichtig.

  • Doorgaans plaatst u A4, 81/2 × 11 originelen in de afdrukstand liggend (Liggend). Als u een origineel van A4-formaat, 81/2 × 11 in de horizontale afdrukrichting plaatst (Staand), wordt de afbeelding 90 graden gedraaid verzonden. Zie Verzenden met beeldrotatie.

  • U kunt de eerste pagina vanaf de glasplaat verzenden en de resterende pagina's vanuit de ADF. U kunt niet wisselen van de ADF naar de glasplaat.

  • Wanneer u de internetfaxfunctie gebruikt, worden de originelen in A4-formaat verzonden. Originelen die groter zijn dan A4, worden verkleind tot A4-formaat. Als het apparaat van de ontvanger de T.37 Volledige modus ondersteunt, worden de originelen verzonden in het formaat dat is opgegeven in het Adresboek. Zie Volledige T.37-modus.

  • Het formaat van de afbeelding kan afwijken als de afbeelding bij de ontvanger wordt afgedrukt.

  • Als de ontvanger papier gebruikt dat minder breed is dan het origineel, wordt de afbeelding verkleind zodat die op dat papier past. Zie Automatisch verkleinen.