Plaats het papier met de bedrukte zijde boven in de handinvoer.
De handinvoer (
) wordt automatisch geselecteerd.
Druk op [
].
Druk op [Papierformaat].
Geef het papierformaat op en druk vervolgens op [OK].
Druk op [Papiertype].
Druk op [Wt.1 (52.3 - 65.9g/m2)] en druk vervolgens twee keer op [OK].
Plaats de originelen en druk vervolgens op de [Start]-knop.
![]()
U kunt ook dun papier in de papierladen plaatsen en dit gebruiken voor het maken van kopieën. Geef het papiertype op onder [Lade Papierinstellingen]. Raadpleeg voor meer informatie de handleiding Papierinstellingen.