![]()
Zie Snel aan de slag voor meer informatie over de optionele modules die voor deze functie zijn vereist.
Druk op [Verzendinstellingen].

Druk drie keer op [
] en vervolgens op [Best.opsl.].
Selecteer [Opsl. op HDD + Verz.].
Indien nodig kunt u de gegevens van het opgeslagen bestand opgeven zoals [Gebruikersnaam], [Bestandsnaam] en [Wachtwoord].
Gebruikersnaam
Druk op [Gebruikersnaam] en selecteer een gebruikersnaam. Als u een niet-geregistreerde gebruikersnaam wilt opgeven, drukt u op [Handm. invoer] en voert u vervolgens de naam in. Druk nadat u een gebruikersnaam hebt opgegeven op [OK].
Bestandsnaam
Druk op [Bestandsnaam], voer een bestandsnaam in en druk vervolgens op [OK].
Wachtwoord
Druk op [Wachtwoord], voer een wachtwoord in en druk op [OK]. Voer het wachtwoord opnieuw in om het te bevestigen en druk vervolgens op [OK].
Druk twee keer op [OK].
Geef de bestemming op, pas andere benodigde instellingen aan en verzend het e-mailbericht.
Voor meer informatie over het verzenden van een bestand via e-mail, zie Basisprocedure voor het verzenden van scanbestanden via e-mail.
Druk op de [Start]-knop.
![]()
Afhankelijk van de beveiligingsinstelling, wordt mogelijk [Toegangsprivileges] weergegeven in plaats van [Gebruikersnaam]. Voor details over het opgeven van [Toegangsprivileges], zie Toegangsprivileges voor opgeslagen bestanden opgeven.
U kunt opgeslagen bestanden nogmaals verzenden via e-mail. Voor het opnieuw verzenden van bestanden, selecteert u het bestand op het scherm opgeslagen bestanden selecteren en verzendt u deze vervolgens. Raadpleeg voor meer informatie Een opgeslagen bestand verzenden.
Als een bestand tegelijkertijd wordt verzonden en opgeslagen terwijl [Beveiliging] is ingesteld, wordt het e-mailbericht gecodeerd en een handtekening toegepast, maar het opgeslagen bestand wordt niet gecodeerd noch ondertekend. Voor details over het coderen van opgeslagen bestanden, zie de Veiligheidshandleiding.