Koptekst overslaan
 

3 Begininstelling

Nr.

Item

Beschrijving

1

Densiteit master

U kunt zelf de afdrukbelichting aangeven die standaard moet worden ingesteld bij het inschakelen van het apparaat.

Standaardinstelling: [Stndrd](Standaard)

2

Prior. orig.type

U kunt zelf aangeven welk type origineel standaard moet worden ingesteld bij het inschakelen van het apparaat.

Standaardinstelling: [Tekst]

3

Prior. reprofac.

U kunt zelf aangeven welke reproductiefactor standaard moet worden ingesteld bij het inschakelen van het apparaat.

Standaardinstelling: [100%]

4

Spaarmod. aan/uit

U kunt aangeven of de spaarmodus [AAN] of [UIT] moet staan als het apparaat wordt aangezet of als de opgegeven modusinstelling wordt geannuleerd.

Standaardinstelling: [UIT]

5

Rand wisbreedte

Hier kunt u de wisbreedte voor de randen opgeven. Voor meer informatie over het opgeven van de rand wisbreedte, zie Modus Rand wissen.

Standaardinstelling: [5 mm]

6

Rand afwijk.form.

Hier kunt u met behulp van de cijfertoetsen de wisbreedte van de randen voor een origineel met aangepast formaat opgeven.

Standaardinstelling: [70 × 165 mm]

7

Prog./Wijz: Groep

Voor meer informatie over het opslaan van de groepsmodusinstellingen, zie Geheugen/Groep.

8

Prog./Wijz: Geh.

Voor meer informatie over het opgeven van de geheugenmodusinstellingen, zie Geheugen/Groep.

9

Prog./Wijz: Afd.

Voor meer informatie over het opgeven van de instellingen voor de modus Kies Afdeling, zie Geheugen/Groep.