Dit gedeelte beschrijft de gebruikersinstellingen in het menu Beheerder toepassingen onder Systeeminstellingen.
Beheerder toepassingen worden door de beheerder gebruikt. Neem contact op met de beheerder als u deze instellingen wilt wijzigen.
We raden u aan om beheerderverificatie in te stellen voordat u instellingen voor Beheerder toepassingen opgeeft.
Adresboekmanagement
U kunt informatie dat in het adresboek is opgeslagen toevoegen, wijzigen of verwijderen.
Raadpleeg voor meer informatie Adresboek
.
Progr. / Wijz.
U kunt zowel namen als gebruikerscodes invoeren en wijzigen.
Namen
Het is mogelijk een naam, toetsweergave, registratienummer en titelselectie te registreren.
Verif. info
U kunt een gebruikerscode registreren en de functies opgeven die voor elke gebruikerscode beschikbaar zijn.
Toev aan grp
Namen die zijn geregistreerd in het adresboek kunnen in een groep worden geplaatst.
Verwijderen
U kunt een naam uit het adresboek verwijderen.
U kunt maximaal 500 namen registreren.
U kunt maximaal 500 gebruikerscodes registreren.
U kunt ook namen in het adresboek registreren en beheren met behulp van Web Image Monitor.
Adresboek: Groep programmeren/wijzigen/verwijderen
Namen die geregistreerd staan in het adresboek kunnen aan een groep worden toegevoegd. Hiermee kunt u eenvoudig de namen beheren die in elke groep zijn geregistreerd.
Progr. / Wijz.
U kunt groepen registreren en wijzigen.
Namen
Het is mogelijk een naam, toetsweergave, registratienummer en titelselectie te registreren.
Geprogr. Gebr./Groep
U kunt de namen of groepen van iedere groep controleren.
Toev aan grp
U kunt groepen die zijn geregistreerd in het adresboek in een groep plaatsen.
Verwijderen
U kunt een groep uit het adresboek verwijderen.
U kunt maximaal 100 groepen registreren.
U kunt ook groepen in het adresboek registreren en beheren met Web Image Monitor.
Adresboek: Volgorde wijzigen
Hiermee wijzigt u de volgorde van de geregistreerde namen.
U kunt de volgorde van items wijzigen als ze op dezelfde pagina staan. Het is niet mogelijk om items naar een andere pagina te verplaatsen.
U kunt bijvoorbeeld niet een item uit "PLANNING" ([OPQ]) naar "DAILY" ([CD]) verplaatsen.
Druk op de knop [Gebruikersinstellingen].
Druk op [Systeeminstellingen].
Druk op [Beheerder toepassingen].
Druk op [Adresboek: Volgorde wijzigen].

Druk op de naamtoets die moet worden verplaatst.
U kunt ook een naam selecteren door het registratienummer met de cijfertoetsen in te voeren.

Druk op de naamtoets op de plaats waarnaar u die wilt verplaatsen.
U kunt ook een naam selecteren door het registratienummer met de cijfertoetsen in te voeren.

De gebruikerstoets wordt verplaatst naar de geselecteerde positie en de gebruikerstoets die op dat moment op de geselecteerde positie staat, wordt naar voren of naar achteren verplaatst.

Adresboek: Titel bewerken
U kunt de titel bewerken om een gebruiker gemakkelijk te vinden.
Druk op de knop [Gebruikersinstellingen].
Druk op [Systeeminstellingen].
Druk op [Beheerder toepassingen].
Druk op [Adresboek: Titel bewerken].

Druk op de titeltoets die u wilt wijzigen.

Voer de nieuwe naam in en druk vervolgens op [OK].
Druk op [OK].
Druk op de knop [Gebruikersinstellingen].
Adresboek: Volgorde wijzigen
Hiermee geeft u de titel op om een naam te selecteren.
Standaardinstelling: [Titel 1]
Reservekopie / Adresboek herstellen
U kunt op een externe opslaglocatie een reservekopie maken van het adresboek van het apparaat of de reservekopie vanaf de externe opslaglocatie terugzetten.
Voor een reservekopie moet u een verwijderbare SD-kaart installeren in dit apparaat.
Neem voor meer informatie over het installeren en verwijderen van de SD-kaart contact op te nemen met uw verkoop- of servicevertegenwoordiger.
Met Gegevens herstellen overschrijft u adresboekgegevens die op het apparaat zijn opgeslagen en wist u de teller van elke geregistreerde gebruiker van het apparaat.
U kunt ook een back-up van het adresboek van het apparaat maken en herstellen met Web Image Monitor. Raadpleeg de Help-bestanden bij Web Image Monitor voor meer details.
Reservekopie
U kunt op een externe opslaglocatie een reservekopie maken van het adresboek van het apparaat.
Herstellen
U kunt de reservekopie van het adresboek terugzetten vanaf de externe opslaglocatie.
Formatteren
U kunt de externe opslagplaats formatteren.
Info Geh.opslagapp. verkrijgen
De vrije en gebruikte ruimte van de externe opslagplaats worden weergegeven.
Teller weergeven/afdrukken
Hiermee kunt u het aantal afdrukken bekijken en afdrukken.
Teller weergeven/afdrukken
Geeft het aantal afdrukken weer voor elke functie (Totaal, Printer, A3 / DLT, Duplex).
Tellerlijst afdrukken
Hiermee kunt u een lijst afdrukken met daarop het aantal afdrukken voor elke functie.
Teller weergeven/wissen/afdrukken per gebruiker
Hiermee kunt u het aantal afdrukken dat met een gebruikerscode geopend is, bekijken, afdrukken en terugzetten op 0.
Druk op [
Previous] en [
Volg.] om alle afdrukaantallen weer te geven.
Het aantal afdrukken kan afwijken van de tellerwaarden in Teller weergeven/afdrukken.
Tellerlijst afdrukken voor Alle gebruikers
Drukt de tellerwaarden af voor alle gebruikers.
Tellerlijst voor Alle gebruikers wissen
Stelt de tellerwaarden voor alle gebruikers opnieuw in.
Tellerlijst afdrukken Per gebruiker
Drukt de tellerwaarden af voor iedere gebruiker.
Tellerlijst Wissen per gebruiker
Reset de tellerwaarde voor iedere gebruiker.
Alles op pag. select.
Selecteer alle gebruikers op de pagina.
Voor meer informatie over het afdrukken van de teller, zie De teller afdrukken voor elke gebruiker
en De teller voor alle gebruikers afdrukken
.
Gebruikersverificatie management
Gebr.code ver.
Met gebruikerscodeverificatie kunt u beschikbare functies beperken en hiermee toezien op het gebruik van de functie.
Als u gebruikerscodeverificatie gebruikt, registreer dan ook de gebruikerscode.
Met PC-besturing kunt u een logboek met afdrukken genereren die overeenstemmen met de codes die zijn ingevoerd voor het printerstuurprogramma.
Voor informatie over basisverificatie, Windows-verificatie, LDAP-verificatie en integratieserver-verificatie moet u contact opnemen met uw beheerder.
Functies om te beperken
Printer:
[Zwart-wit / Kleur], [Kleur], [PC-besturing], [Niet beperken]
Basisverificatie
Windows verif.
LDAP verif.
Verif. Integr.server
Uit
Standaardinstelling: [Uit]
Beheerdersverificatie management
Neem voor meer informatie over deze functie contact op met uw beheerder.
Beheerder programmeren/wijzigen
Neem voor meer informatie over deze functie contact op met uw beheerder.
Sleutelteller beheer
Geef de functies op die u wilt beheren met de sleutelteller.
Voor meer informatie over deze functie moet u contact opnemen met uw verkoop- of servicevertegenwoordiger.
Extern betaalsysteem management
U kunt de sleutelkaart gebruiken om een bovenste limiet voor het apparaatgebruik te bepalen.
Neem voor meer informatie over deze functie contact op met uw beheerder.
Verhoogd extern betaalsysteem management
Geef aan of uitgebreide functies voor uitgebreid extern beheer van de ladereenheid beschikbaar moeten worden gesteld.
Neem voor meer informatie over deze functie contact op met uw beheerder.
Uitgebreide beveiliging
Geef op of u de uitgebreide beveiligingsfuncties wilt gebruiken of niet. Neem voor meer informatie over de uitgebreide beveiligingsfuncties contact op met uw beheerder.
Programmeer / Wijzig / Verwijder LDAP server
Programmeer de LDAP-server om rechtstreeks gebruikersinformatie op te zoeken in het adresboek van de LDAP-server.
Naam
Servernaam
Zoek basis
Poortnr.
Gebr. beveil. verbinding (SSL)
Verificatie
Gebruikersnaam
Wachtwoord
Domeinnaam
Zoekvoorwaarden
Deze functie ondersteunt LDAP-versie 2.0 en 3.0. Digest-verificatie kan alleen met LDAP Ver.3.0 worden gebruikt.
Voor meer informatie over hoe u de LDAP-server kunt programmeren, raadpleegt u De LDAP-server programmeren
.
Instelling automatisch uit
Geef op of u 'Automatisch Uit' wilt inschakelen of niet.
Standaardinstelling: [Aan]
Service Test Call
U kunt een testoproep naar het @Remote-center maken.
Deze functie is alleen beschikbaar als de @Remote-service ingeschakeld en actief is.
Meldt status van het apparaat
U kunt een bericht over de status van de machine naar het @Remote center sturen.
Deze functie is alleen beschikbaar als de @Remote-service ingeschakeld en actief is.
Service Modusbeveiliging
Neem voor meer informatie over deze functie contact op met uw beheerder.
Firmware versie
U kunt de softwareversie controleren die is geïnstalleerd op dit apparaat.
Niveau netwerkbeveiliging
Neem voor meer informatie over deze functie contact op met uw beheerder.
Instelling geheugen automatisch wissen
Neem voor meer informatie over deze functie contact op met uw beheerder.
Het geheugen wissen
Neem voor meer informatie over deze functie contact op met uw beheerder.
Domein programmeren/wijzigen/verwijderen
Programmeer het domein dat moet worden gebruikt voor Kerberos-verificatie.
Domeinnaam
KDC Servernaam
Domeinnaam
Stel zowel de domeinnaam als KDC-servernaam in bij het programmeren van een domein.
Voor meer informatie over Domein programmeren /wijzigen /verwijderen raadpleegt u Het domein programmeren
.
Coderingsinstellingen apparaatgegevens
Neem voor meer informatie over deze functie contact op met uw beheerder.
![]()
Voor meer informatie over toegang tot de Systeeminstellingen raadpleegt u Gebruikersinstellingen openen
.