In dit onderdeel worden de items op het scherm “Aangepast papier” beschreven.
Dit scherm verschijnt als u drukt op [Aangepast papier] op het scherm Lade Papierinstellingen.

[Programmeren/Wijzigen], [Verwijderen], [In pap.biblioth. opslaan]
Druk op deze toetsen om aangepast papier in de bibliotheek te registreren, wijzigen, verwijderen of op te slaan.
Als “Programmeren/Wijzigen” geselecteerd is:
Selecteer “
Niet geprogr.” of geregistreerd aangepast papier uit de lijst om een scherm weer te geven waarin u de instellingen voor aangepast papier kunt opgeven. Raadpleeg voor meer informatie Handmatig de papiersoort en het papiergewicht opgeven
, Nieuw aangepast papier registreren door bestaand papier te wijzigen
en Aangepast papier wijzigen
.
Als “Verwijderen” is geselecteerd:
selecteer aangepast papier uit de lijst om het te verwijderen. Raadpleeg voor meer informatie Aangepast papier verwijderen
.
“In pap.biblioth. opslaan”
Druk op [In pap.biblioth. opslaan] om alle geregistreerde aangepaste papiersoorten in één keer in de bibliotheek op te slaan. Raadpleeg voor meer informatie Aangepast papier opslaan in de opgeslagen papierbibliotheek
.
[
Vorige], [
Volg.]
Geeft de vorige of volgende pagina van de lijst weer.
Lijst met aangepast papier
Het registratienummer, de naam en het formaat van aangepast papier worden weergegeven in de lijst. Pictogrammen links naast de papiernamen geven aan welk aangepast papier is geregistreerd uit de papierbibliotheek en of hun instellingen gewijzigd zijn.
: geeft aangepast papier aan dat uit de papierbibliotheek is geselecteerd.
: geeft aangepast papier aan dat is geregistreerd uit de papierbibliotheek en waarvan de “Geav. inst.” zijn gewijzigd.
Er verschijnen geen pictogrammen voor aangepast papier dat handmatig is geregistreerd.